DIT IS MIJN WINST SOFTWARE B.V.

All posts in Kennisbank voor de eenmanszaak of vof

In de praktijk wil het nog wel eens gebeuren dat mensen onder huwelijkse voorwaarden getrouwd zijn met een verrekenbeding. Er zijn verschillende verrekenbedingen. Het kan bijvoorbeeld zo zijn dat er jaarlijks verrekend moet worden. Dit is een periodiek of Amsterdams verrekenbeding.

Het is verstandig om dan te zorgen dat u ook daadwerkelijk jaarlijks de onderlinge schulden en vorderingen vaststelt. Ook al als er mogelijkheden zijn opgenomen om niet te verrekenen of verrekenen te laten verjaren kan dit fiscaal en ook financieel ongunstig voor u uitpakken. Heeft u de laatste jaren of lange tijd niet verrekend laat dan uw situatie bekijken door een specialist.

De regels over provisie bij de verkoop van financiële producten worden aangescherpt. Er komt een verbod op het berekenen van provisie bij de verkoop van complexe financiële producten, zoals hypotheken, pensioenverzekeringen en levensverzekeringen. Daarnaast komt er een norm voor beloningen die u betaalt aan de adviseur en een verbod op bonusprovisie bij de verkoop van schadeverzekeringen. Door deze maatregelen worden de kosten van financiële dienstverlening transparanter.

 

Inwerkingtreding provisieverbod bij verkoop financiële producten

Provisieverbod bij verkoop van financiële producten

Een norm voor beloningen bij verkoop van financiële producten

Verbod op bonusprovisie bij schadeverzekeringen

Waarom wijzigingen provisies

 

Inwerkingtreding provisieverbod bij verkoop financiële producten

Het provisieverbod voor complexe financiële producten geldt vanaf 1 januari 2013. De maatregel over de beloningsnorm en het verbod op bonusprovisie treden in werking op 1 januari 2012.

 

Provisieverbod bij verkoop van financiële producten

Het provisieverbod geldt straks voor onder andere de volgende producten:complexe financiële producten, zoals hypotheken, pensioenverzekeringen en levensverzekeringen; hypothecaire kredieten; inkomensverzekeringen, waaronder betalingsbeschermers en arbeidsongeschiktheidsverzekeringen voor ondernemers;uitvaartproducten.

 

Een norm voor beloningen bij verkoop van financiële producten

Als u een financieel product koopt, kunt u de advieskosten betalen via provisie, of de adviseur een beloning geven. Aan deze beloningen wordt een grens gesteld. Deze norm moet ervoor zorgen dat er een betere afstemming is tussen de geleverde dienst en de beloning. U kunt zelf bepalen of u de advieskosten redelijk vindt voor de geboden dienst van de adviseur.

 

Verbod op bonusprovisie bij schadeverzekeringen

Bij schadeverzekeringen geldt vanaf 1 januari 2012 een verbod op bonusprovisie. Bonusprovisies zijn vergoedingen om de verkoop van bepaalde producten te stimuleren. Daarnaast moet de financieel dienstverlener op verzoek bekend maken wat zijn beloning is.

 

Waarom wijzigingen provisies

Het is gebleken dat de huidige regels over provisie niet streng genoeg zijn. Zij stimuleren de adviseur/bemiddelaar onvoldoende om de belangen van de consumenten voorop te stellen. Door een verbod op provisie in te stellen zullen adviseurs zich alleen op de belangen van de klant richten.

(Bron: Overheid 17 Oktober)

 

Provisie is de beloning die tussenpersonen (adviseurs of bemiddelaars) ontvangen als zij u complexe financiële producten verkopen zoals een beleggingsverzekering of een bankspaarhypotheek. Zij ontvangen provisie van de bank of de verzekeraar wiens producten zij verkopen. Provisie heet ook wel afsluitprovisie of courtage. De tussenpersoon moet u altijd na het 1e orientatiegesprek een dienstverleningdocument overhandigen. Hierin staat de provisie vermeld en de werkzaamheden die hiervoor worden verricht.

 

Dienstverleningsdocument na 1e oriëntatiegesprek

Kostenverklaring van bank of verzekeraar

Toezicht provisieregels

Overige afspraken provisie

Meer informatie provisie en provisieregelgeving

 

Dienstverleningsdocument na 1e oriëntatiegesprek

Tussenpersonen zijn verplicht na het 1e oriëntatiegesprek u een dienstverleningsdocument te overhandigen. Dat is een document waarin staat welke beloning de tussenpersoon ontvangt. Zij mogen de hoogte niet in procenten uitdrukken. Ook moet in het dienstverleningsdocument staan welke werkzaamheden de tussenpersoon voor de beloning doet. Als uw tussenpersoon provisie ontvangt van de aanbieder, moet hij zeggen wat de minimale en de maximale provisie per product kan zijn. De daadwerkelijke provisie moet uiterlijk bij de offerte bij u bekend zijn.

 

Kostenverklaring van bank of verzekeraar

U kunt rechtstreeks bij een bank of verzekeraar een financieel product kopen. Er is dan geen tussenpersoon die mogelijk provisie ontvangt. De aanbieder kan u wel bepaalde kosten in rekening brengen voor de advisering en de distributie (bijvoorbeeld een reclamecampagne). Over deze kosten moet de aanbieder u schriftelijk informatie geven in een zogenaamde kostenverklaring. Deze kosten kunnen verwerkt zijn in de prijs van het product of in het rentepercentage.

 

Toezicht provisieregels

De Autoriteit Financiële Markten (AFM) houdt toezicht op de naleving van provisieregels. Aan de hand van bijvoorbeeld meldingen van consumenten kan de AFM overwegen een onderzoek in te stellen naar een financieel adviseur.

 

Overige afspraken provisie

Het ministerie van Financiën heeft met de betrokken brancheorganisaties nog meer afspraken gemaakt over provisie. Het doel van deze regels is zorgen voor een betrouwbare en duurzame relatie tussen financiële tussenpersonen en klanten.

(Bron: Overheid 17 oktober 2011)

 

Administratie wil zeggen: alle gegevens over uw onderneming die u op papier (ook kladaantekeningen) of digitaal (bijvoorbeeld met de computer) vastlegt. Een goed opgezette en overzichtelijke administratie
is van groot belang: niet alleen om aan uw wettelijke verplichtingen te voldoen, maar ook voor uw bedrijfsvoering.

Als ondernemer bent u wettelijk verplicht een goede administratie bij te houden en te bewaren die is afgestemd op de aard van uw bedrijf. Begin daarom meteen met het opzetten van een administratie, zelfs als uw onderneming nog niet eens van start is gegaan.

Voor uw bedrijfsvoering

Met een goed bijgehouden administratie hebt u snel de beschikking over de cijfers en resultaten van uw onderneming om inzicht te krijgen in uw kosten, uw omzet en uw winst. Aan de hand hiervan kunt u inspelen op ontwikkelingen en uw activiteiten eventueel bijstellen.

Voor het invullen van uw aangiften

Uw administratie vormt de basis van uw aangiften. De belastingdienst moet deze aangiften snel en goed kunnen controleren. Als uw administratie niet volledig is en niet binnen een redelijke termijn te controleren is, of als u uw administratie niet lang genoeg bewaart, kan dat vervelende gevolgen hebben. De belastingdienst zal dan zelf uw omzet en winst vaststellen en de verschuldigde belasting berekenen. Als u het niet eens bent met de berekening van de belastingdienst, dan zult u zelf moeten bewijzen dat die berekening onjuist is. Dit heet ‘omkering van bewijslast’.

Als u geen duidelijke overzichten hebt van uw aan- en verkopen, zult u uw  aangifte omzetbelasting niet kunnen invullen. En zonder een goede administratie  kunt u geen aanspraak maken op voordelige regelingen, zoals de  kleineondernemersregeling voor de btw.

Let op!

Vraag uw accountant/boekhouder om de aansluiting  tussen uw administratie, uw aangiften en de jaarrekening te controleren en ook voor u inzichtelijk te maken. Bewaar deze berekeningen bij uw administratie. De belastingdienst kan u daarnaar vragen.

Wilt u dat uw klanten precies weten onder welke voorwaarden u levert, betaalt, verkoopt of inkoopt? Met algemene voorwaarden is het direct duidelijk welke rechten en plichten u en degene met wie u zakendoet heeft. U hoeft er dan niet elke keer apart over te onderhandelen.

Een kwart van de zzp’ers maakt geen gebruik van algemene voorwaarden.

Wat zet u in uw algemene voorwaarden?

De volgende zaken staan vaak in algemene voorwaarden:

  • offerte: vrijblijvend of niet? aanvaardingstermijn;
  • transport: wie betaalt het transport, de verzekering, invoerrechten?
  • levertijd: voorwaarden bij overmacht;
  • betaling: betalingstermijn, incassokosten, rente;
  • eigendomsvoorbehoud: eigendom gaat pas over na betaling;
  • garantie en de voorwaarden hierbij;
  • afwikkeling van geschillen: rechter of arbitrage;
  • aansprakelijkheid: beperking, hoogte schadevergoeding.

Verder moet het taalgebruik in uw algemene voorwaarden begrijpelijk zijn.

Algemene voorwaarden aan klanten verstrekken

U moet uw voorwaarden vóór of tijdens het sluiten van een overeenkomst aan de klant verstrekken. U kunt ze bijvoorbeeld overhandigen, vooraf toesturen of op de achterkant van een contract of offerte afdrukken.

Informatieplicht

U moet de wederpartij een redelijke mogelijkheid bieden om kennis te nemen van uw algemene voorwaarden. U doet dit door de inhoud van de voorwaarden vóór of tijdens het sluiten van de overeenkomst aan de klant te verstrekken. De klant moet instemmen met uw algemene voorwaarden. Dit kan uitdrukkelijk, maar ook stilzwijgend plaatsvinden. U kunt op verschillende manieren aan de informatieplicht voldoen, bijvoorbeeld door de algemene voorwaarden:

  • te overhandigen aan de wederpartij;
  • vooraf toe te zenden;
  • op de achterzijde van een contract/offerte af te drukken. Op de voorzijde moet dan wel nadrukkelijk verwezen worden naar de voorwaarden op de achterzijde.

Let op

  • Als uw algemene voorwaarden bij een eerste contract uitsluitend op de factuur staan, is dat te laat. De voorwaarden moeten vóór of tijdens het sluiten van de overeenkomst bekend zijn bij de wederpartij.
  • Als u alleen op uw briefpapier vermeldt dat uw algemene voorwaarden zijn gedeponeerd, heeft dat geen effect. De inhoud van de algemene voorwaarden moet immers aan de wederpartij worden verstrekt.
  • Als uw voorwaarden achter op uw briefpapier staan, denk hier dan ook aan als u het document faxt.

Stel uw eigen algemene voorwaarden op

De Kamer van Koophandel biedt modelvoorwaarden, die u kunt aanpassen aan uw situatie. Lees de toelichting voordat u de algemene voorwaarden gebruikt en laat uw voorwaarden controleren door een juridisch adviseur.

(Bron: Kamer van Koophandel 19-11-2011)

De berekening van de kostprijzen die gelden voor het nieuwe jaar zorgen op menig (hoofd)kantoor weer voor de nodige stress. Een onjuiste berekening kan de marge negatief beïnvloeden of u juist te duur maken t.o.v. de concurrentie. Zaak dus om het hele proces rondom kostprijsbepaling zorgvuldig aan te pakken. In dit artikel geven we daar een aantal handvatten voor. De uiteindelijke berekening zult u natuurlijk zelf moeten maken en daar bent u ook zelf verantwoordelijk voor.

Waar bestaat de kostprijs uit?


De kostprijs bestaat uit een aantal elementen. Onderstaande lijst is niet uitputtend, maar bevat de meest gangbare elementen.

  • De looncomponenten
    • Brutoloon
    • Wachtdagcompensatie
    • Reserveringen voor vakantiedagen, feestdagen en kortverzuim/bijzonder verlof
    • Vakantiegeld
  • Werkgeverscomponenten die volgen uit de CAO
    • Aanvulling ziektewet van 70 naar 90/91%
    • Pensioenpremie
    • Afhankelijk van de contractvorm
      • Premie sociaal fonds
      • Scholing
      • Kosten voor leegloop en verzuim
  • Werkgeverslasten
    • Premie sectorfonds
    • Premie WAO/WIA
    • Gedifferentieerde premie WIA
    • Premie zorgverzekeringswet
    • Premie werkloosheidswet
  • Opslag voor kosten van de eigen organisatie

Welke kostprijzen zijn er?


Er zijn eigenlijk twee ‘soorten’ kostprijsfactoren: de voorcalculatorische of commerciële kostprijsfactor en de nacalculatorische of ‘echte’ kostprijsfactor.

Voorcalculatorische kostprijsfactor
Dit is het getal waarmee het bruto uurloon wordt vermenigvuldigd om de kostprijs te berekenen. Daaroverheen komt nog de bureaumarge om het tarief voor de klant te bepalen. Vaak worden kostprijsfactor en marge gecombineerd tot één getal en dat heet dan de tarieffactor of de omrekenfactor.
De hoogte van de voorcalculatorische kostprijsfactor is vrij arbitrair en kan op vele manieren worden samengesteld. Als over ‘de kostprijs’ wordt gesproken, wordt eigenlijk altijd deze variant bedoeld.

Nacalculatorische marge
Waar in de voorcalculatorische kostprijs voor elke kandidaat hetzelfde uitgangspunt wordt gehanteerd, worden in de nacalculatorische kostprijs individuele situaties meeberekend. Tijdens de verloning wordt bijvoorbeeld rekening gehouden met de franchise van de WW, de franchise voor de pluspensioenregeling en afdrachtverminderingen. Deze nacalculatorische kostprijs kan dus per individu en per verloning anders zijn. De exacte waarde wordt bepaald in uw verloningspakket.

De voorcalculatorische kostprijs wordt vaak berekend op basis van een aantal aannames en houdt dan bijvoorbeeld geen rekening met franchises. Daarom is er na de verloning een (meestal positief) verschil tussen deze en de ‘echte’ kostprijs. Dat is de verborgen marge. Hoe hoog die moet zijn, is een strategische keuze. In de praktijk is het zo dat naarmate overheadkosten van de organisatie hoger zijn, ook de commerciële kostprijs hoger is.

Welke elementen zijn al bekend?


Looncomponenten
Deze zijn eigenlijk allemaal al bekend. De minimumlonen voor 2012 zijn gepubliceerd, de reserveringen zijn bekend en of er wijzigingen te verwachten zijn in de bruto lonen is afhankelijk van de beloningsregeling.

Werkgeverscomponenten die volgen uit de CAO
Deze zijn nog niet allemaal bekend.
• De premie voor de aanvulling ZW wordt begin december bekend.
• De pensioenpremie zal waarschijnlijk niet veranderen, maar de franchise laat vaak erg lang op zich wachten. Niet zelden is hij pas in week 1 bekend.
• Premie sociaal fonds en scholing zullen met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid niet veranderen.
• De kosten voor leegloop en verzuim zijn echt volledig organisatie-afhankelijk, die zult u dus zelf moeten bepalen.

Werkgeverslasten
De premies zijn in de basis erg vroeg bekend gemaakt dit jaar. Maar een aantal daarvan wordt op ondernemingsniveau door de Belastingdienst aan u meegedeeld en dat kan nog even op zich laten wachten.
• De premie sectorfonds is bekend. Of u echter in de korting-, midden- of opslagklasse wordt ingedeeld, krijgt u te horen van de Belastingdienst.
• De premie WAO/WIA is bekend.
• De gedifferentieerde premie WIA krijgt u van de Belastingdienst te horen of van uw verzekeraar als u eigen risicodrager bent.
• De premie ZVW is bekend.
• De premie WW is bekend.

Kosten van de eigen organisatie
Of en hoeveel u van deze kosten in de berekeningen wilt meenemen, is een strategische keuze. Wij zien steeds vaker dat deze kosten niet of nauwelijks worden meegenomen in de kostprijsberekening, omdat de inleners transparantie vragen op dit gebied.

De berekeningen


Met een excel-document , de al bekende informatie en enkele aannames over uw eigen situatie kunt u nu al een behoorlijke inschatting maken van de kostprijs voor 2012. De grootste onbekende daarin is op dit  moment nog de premie vooor de aanvulling ziektewet.  Naarmate er komende weken meer bekend wordt, kunt u de berekening voor uw eigen organisatie steeds nauwkeuriger maken.

De tarieven


De meeste organisaties hebben in de Algemene Voorwaarden vastgelegd dat aanpassingen van de kostprijs en de lonen altijd worden doorberekend aan de inlener. Daarnaast moet u natuurlijk kritisch kijken naar het kostenniveau van uw eigen organisatie. Periodieken en loonsverhogingen voor uw eigen medewerkers, een huurverhoging van uw kantoren, stijging van de leasekosten van het wagenpark, u wilt het eigenlijk allemaal doorbelasten aan uw inleners. In hoeverre dat haalbaar is, kunt alleen uzelf bepalen. En daarom is het dus noodzakelijk snel inzicht te krijgen in de kosten voor 2012. Met dit artikel hopen wij u daarmee goed op weg te hebben geholpen!

(Bron: Flexservice 11-11-2011)

De CO2-grenzen in de belasting personenauto’s en motorrijwielen (bpm) en de bijtelling worden aangescherpt. Het huidige onderscheid in CO2-grenzen voor benzine en diesel verdwijnt. De komende jaren groeien deze grenzen langzaam naar elkaar toe. Vanaf 2015 wordt er geen onderscheid meer gemaakt. Hierdoor worden de belastinginkomsten meer solide en wordt de prikkel groter voor autofabrikanten om in de toekomst steeds zuinigere auto’s op de Nederlandse markt aan te bieden.

  • Tijdstraject
  • Wijzigingen in de bpm
  • Wijzigingen in de motorrijtuigenbelasting (mrb)
  • Wijzigingen in de bijtelling
  • Overige wijzigingen
  • Meer informatie

Tijdstraject: Deze plannen maken deel uit van het Belastingplan 2012, dat op Prinsjesdag is ingediend bij de Tweede Kamer. Inwerkingtreding is afhankelijk van goedkeuring door de Tweede Kamer en de Eerste Kamer en publicatie in het Staatsblad. De streefdatum voor inwerkingtreding is 1 juli 2012. Een enkele regeling treedt eerder in werking.

Wijzigingen in de bpm: In de bpm wijzigt het volgende: Vanaf 2015 wordt geen onderscheid meer gemaakt tussen een benzineauto of dieselauto (afgezien van de dieseltoeslag) voor de bpm. De verschillende CO2-grenzen groeien in de komende jaren naar elkaar toe. In 2015 geldt de vrijstelling van de bpm voor auto’s die per gereden kilometer minder uitstoten dan 83 gram. De dieseltoeslag vervalt en wordt vervangen door een CO2-afhankelijke dieseltoeslag. Deze CO2-afhankelijke dieseltoeslag begint bij een uitstoot van 70 gram/km.

Wijzigingen in de motorrijtuigenbelasting (mrb): Als de plannen doorgaan, wijzigt de mrb op de volgende punten: De vrijstelling van de mrb voor zeer zuinige auto’s vervalt per 1 januari 2014. De maatregel geldt voor zowel nieuwe personenauto’s als bestaande personenauto’s. Hierdoor zal de mrb vanaf 2014 alleen nog op gewicht gebaseerd zijn. Personenauto’s die niet meer dan 50 gram CO2 per kilometer uitstoten, zijn tot en met 2015 vrijgesteld van mrb. Tot 1 januari 2014 gelden de huidige vrijstellingsgrenzen (vrijstelling van mrb voor benzineauto’s met uitstoot tot 110 gr/km, dieselauto’s tot 95 gr/km).

Wijzigingen in de bijtelling: Voor de bijtelling heeft de regering deze plannen: Voor auto’s die niet meer dan 50 gram CO2 per kilometer uitstoten, geldt gedurende 60 maanden een 0%-tarief voor de bijtelling. Dit geldt voor auto’s die in de periode 1 januari 2012 tot en met 31 december 2015 worden aangeschaft. Voor bestelauto’s van de zaak komt een alternatief voor de rittenregistratie.

Overige wijzigingen: Naast wijzigingen in de bpm, mrb en bijtelling stelt het kabinet nog het volgende voor: De accijnzen op benzine en diesel worden voorlopig niet verhoogd. De accijnzen op gasvormige autobrandstoffen zoals LPG, LNG en CNG worden met elkaar in overeenstemming gebracht. De stimulering van groen gas in de zogenoemde SDE-plus regeling blijft bestaan. Het kabinet wil het Eurovignet per 1 januari 2013 afschaffen.

(Bron: Overheid 10-11-2011)

Kosten besparen hoeft niet op gespannen voet te staan met kwaliteit. De bedrijfskosten verminderen met behoud van kwaliteit kan prima, als u maar op de juiste manier te werk gaat en niet in het wilde weg gaat snijden en hakken. Kosten besparen met beleid dus… Het Stappenplan Kosten Besparen helpt u op weg bij het besparen op uw kosten.

Stap 1
Zorg bij het besparen op kosten voor een goed kostenoverzicht. Voordat u kunt bepalen waar u wel en waar u juist niet op kan bezuinigen, moet wel helder zijn welke kostenposten er precies zijn en waar de kosten de pan uit dreigen te rijzen. Directeuren-eigenaar van groeiende bedrijven hebben veel aan hun hoofd en verliezen vaak het totaaloverzicht inclusief de kosten die gemaakt worden. Als het dan wat minder gaat en er is een besparen op kosten nodig, dan is het lastig om de vinger op de zere plek te leggen. Om weer grip op uw bedrijfskosten te krijgen, is het van belang maandelijks alle kostensoorten op een rij te zetten.

Stap 2
Weet wat uw kosten zijn als u wilt besparen op kosten. Bij het besparen op kosten kunt u onderscheid maken tussen productieve kosten met een meerwaarde voor de klant zoals verkoop en productie, logistieke of noodzakelijke kosten voor bijvoorbeeld de boekhouding en onnodige kosten of verspillingen
zoals luxueus ingerichte kantoren en te dure auto’s.

Alleen bij verspillingen kan de botte bijl wellicht dienst doen maar verder is het zaak weloverwogen te werk gaan. Leidraad daarbij zijn steeds de vragen waarom de kosten worden gemaakt, of het goedkoper kan en wat het uiteindelijk oplevert.

Stap 3
Maak een kostenbegroting
Maak een goede kostenbegroting zodat u direct kunt zien waar uw kosten uit de pas (dreigen) te lopen. Maar dat kan alleen als er ook gebudgetteerd wordt. Budgettering is in feite het vertrekpunt om kosten te reduceren. Want zonder budgetten weet u niet of ze overschreden worden en met hoeveel.

Een ondernemer over kosten besparing:’Wij zijn continue bezig met kostenbesparing en rendementsverbetering en dat kan alleen omdat maandelijks getoetst wordt of de gerealiseerde cijfers kloppen met het opgestelde budget. Dat is best lastig en niet haalbaar voor iedere ondernemer. Maar neem ten minste eenmaal per kwartaal de stand van zaken door met je accountant. Je moet weten
wat er gebeurt in je bedrijf. Bij ons bedrijf lopen we systematisch alle posten na en pluizen we echt alle kosten uit. Dan kom je opmerkelijke dingen tegen en blijk je opeens toch te kunnen besparen op posten waar je het in eerste instantie niet verwacht’.

Een
voorbeeld
Verzekeringen is zo’n kosten post waarop ondernemers vaak flink kunnen besparen. Is dat eenmaal goed geregeld, dan kijkt geen ondernemer er meer naar om. Heel jammer want verzekeraars komen zeker in deze tijd steeds met nieuwe aanbiedingen om hun producten te promoten. Bijvoorbeeld het onderbrengen van uw opstalverzekering bij een andere maatschappij. Dat kan een voordeel opleveren van soms wel 50% ofwel duizenden euro’s.

Drukwerk is ook zo’n voorbeeld. Blijf scherp en vraag na verloop van tijd nieuwe offertes aan bij verschillende leveranciers. Die aanpak kan uw bedrijf een behoorlijke reductie op uw drukwerk opleveren.

Stap 4
Blijf de marktontwikkelingen in uw branche volgen In het algemeen geldt dat
ondernemers alert moeten zijn en de marktontwikkelingen blijven volgen. Voeling houden met de markt en weten wat er speelt bij uw toeleveranciers. Pas dan bent u in staat om effectief te besparen op kosten. Toets dus steeds aan de markt of de producten en diensten die u krijgt toegeleverd qua prijs en kwaliteit nog in de pas lopen.

Stap 5
Kijk apart naar uw personeelslkosten. Personeelskosten blijven altijd een enorme kostenpost. Door de bank genomen zijn de mensen in een bedrijf goed voor 60% van de kosten. U kunt beter niet gaan besparen op personeel door te beknibbelen op salarissen. Kijk wel heel kritisch naar uw werknemers. Want gemotiveerd personeel is uiterst belangrijk. Dat betekent niet alleen een goed salaris, maar
ook aandacht voor respect, een goede sfeer en af en toe een leuke borrel. Sommige mensen lopen er de kantjes vanaf, functioneren niet meer of zitten op een verkeerde plek. Als u dat verbetert gaat het rendement omhoog.

Vaak zijn er te veel mensen of doen ze het verkeerde werk. In kleinere bedrijven weten ondernemers vaak intuïtief wel dat er niets niet goed zit, maar ze durven of kunnen geen objectieve analyse van hun personeel te maken. Blijkbaar is er een psychologische barrière om mensen te vertellen dat ze
hun werk niet optimaal doen.

Stap 6
Neem zelf werving en selectie ter hand bij nieuw personeel De werving en selectie van
personeel zelf ter hand nemen kan in uw bedrijf leiden tot een aanzienlijke besparing van kosten. Dat kan alleen als u er ook daadwerkelijk in slaagt om een pool met reserve arbeidskrachten achter de hand te hebben.

Niet alleen besparen
Behalve aangeven waar ondernemers op kunnen besparen, zijn er ook zaken waarop u als ondernemer beslist niet moet bezuinigen. U moet als ondernemer durven investeren. Besparen moet natuurlijk
nooit ten koste van innovatie gaan. Toch hoeft u bij innovatie niet altijd een grote zak geld mee te brengen. Het is vooral een kwestie van creatief nadenken over nieuwe oplossingen en werkwijze.

Tip voor kostenbesparing
Nog een tip om er snel achter te komen waar in uw bedrijf hoogstwaarschijnlijk behoorlijk wat aan kosten beparing gedaan kan worden. Stel uzelf de vraag: ‘waar heb ik het afgelopen jaar te weinig tijd aan besteed en aandacht voor gehad’- Bij de bedrijfsonderdelen die u noemt zal vast en zeker
ook wat te halen zijn.

Samenvattend alle adviezen bij het besparen op kosten op een rij:
• Ga niet in het wilde weg snijden en gebruik evenmin de kaasschaafmethode.
• Weet wat de kostenposten zijn en om wat voor soort kosten het gaat.
• Maak onderscheid in kosten die meerwaarde hebben, die noodzakelijk zijn en die overtollig zijn.
• Stel reële budgetten op en verifieer regelmatig of deze wel/ niet overschreden worden.
• Loop systematisch alle kostenposten langs; ook niet-voor-de-handliggende zoals verzekeringen. Hier valt veel te besparen.
• Wees kritisch t.o.v. leveranciers van producten en diensten en toets hun prijs-kwaliteitverhouding aan de markt. Stel u zelf de vraag waarom u al 20 jaar met een bepaalde leverancier werkt.
• Besteed aandacht aan uw leveranciers en zorg voor een goede relatie.
• Vraag regelmatig twee tot drie nieuwe offertes aan en maak afspraken op papier over leveringsvoorwaarden
• Zorg dat u niet afhankelijk bent van één leverancier.
• Bekijk het personeelsbestand kritisch; zijn er te veel mensen, zitten ze op de juiste plek, moeten ze bij- of omscholen.
• Zorg dat tenminste een werknemer belast is met het inkoopbeleid
• Investeer in goede werknemers. Dat levert u op termijn juist op.
• Ga na aan welk bedrijfsonderdeel u het afgelopen jaar te weinig aandacht heeft besteed. De kans is groot dat u daar besparingen en rendementsverbetering kunt behalen.

(Bron: Financieel Ondernemen 7 november 2011)

De meeste ondernemers krijgen te maken met de BTW-aangifte. Daarom hebben wij een aantal aanwijzingen opgesomd waar u op moet letten bij een BTW-aangifte.

Administratie: Voor het doen van administratie ten behoeve van BTW alsmede ook de inkomstenbelasting is een seperate pagina opgenomen. Lees hier meer.

Voor wie geldt de BTW en wanneer moet u aangifte doen: Door middel van de gezamenlijke inschrijving bij de Kamer van Koophandel ontvangt u veelal direct een BTW-nummer bij BTW belaste activiteiten. Dit is een voorlopig BTW-nummer. De belastingdienst gaat dit nummer controleren en geeft u meestal binnen vijf werkdagen uitsluitsel.  Het BTW-nummer vermeldt u op de facturen. Let erop dat de factuur wel aan de juiste eisen voldoet. Zorg dat als u van de belastingdienst een verzoek tot het doen van aangifte krijgt dat u altijd aangifte doet.

De af te dragen BTW berekenen: De ontvangen BTW op uw omzet moet u afdragen aan de belastingdienst. Hierop mag u de BTW van zakelijke kosten in mindering brengen.  Let erop dat als u BTW-belaste prestatie verricht en BTW-vrijgestelde prestaties verricht dat mogelijk het percentage omzet van de vrijgestelde omzet mogelijk gecorrigeerd moet worden op uw betaalde omzetbelasting voor de BTW afhankelijk van uw situatie. Zorg ook dat u het goede percentage BTW berekent over goederen of diensten. Op de site van de belastingdienst is een lijst opgenomen met prestaties die een ander tarief hebben of vrijgesteld zijn van omzetbelasting. Vergeet ook niet aan het einde van het jaar na te gaan of u diensten of goederen van de zaak privé gebruikt heeft. U zult dan namelijk in de laatste aangifte van het jaar BTW-privégebruik aan moeten geven.

Kleine ondernemersregeling: Een leuke opsteker van de belastingdienst is dat er de kleine ondernemersregeling is. De meeste ondernemers doen ieder kwartaal BTW-aangifte. Is de verschuldige BTW minder dan € 1.883 maar meer dan € 1.345. Dan krijgt u een korting op de BTW. Is deze minder dan € 1.345 dan word de BTW verminderd naar nihil. U vult de vermindering in het veld vermindering kleine ondernemersregeling. Let er wel op dat berekening van de kleine ondernemersregeling enkele beperking kent bijvoorbeeld met betrekking tot intracommunautaire prestaties binnen de EU. Lees hier hoe u de berekening maakt.

Wanneer maand-, kwartaal- jaaraangifte: Als de verschuldigde BTW minder dan €1883 per jaar is, mag u eenmalig per jaar aangifte doen. Is de verschuldigde BTW meer dan €15.000 moet u iedere maand de BTW afdragen. (In 2011 is er een crisismaatregel dat alle bedrijven op verzoek aangifte per kwartaal kunnen doen) Aangifte gebeurt elektronisch via een speciale ondernemerspagina op de belastingdienst. U kunt eventueel ook de aangifte BTW door een accountant of boekhouder laten doen. Let erop dat u de BTW tijdig betaalt. De BTW-aangifte moet binnen een maand na afloop van het tijdvak zijn betaald. Wanneer het bedrag op de laatste dag wordt overgemaakt staat het pas de volgende dag op de rekening van de belastingdienst en dat is te laat. De eerste keer krijgt u een waarschuwing, de volgende keer een boete.

 

De Verklaring Arbeidsrelatie (VAR) is een belangrijk document in de praktijk. Het geeft u vooraf duidelijkheid hoe u een ingehuurde ZZP’er fiscaal moet behandelen. Er zijn vier soorten VAR-verklaringen. Dit zijn de volgende: VAR Winst uit onderneming (VAR-WUO), VAR Resultaat uit overige werkzaamheden (VAR-RUO), VAR Inkomsten uit werkzaamheden voor de vennootschap (VAR-DGA), VAR Loon uit dienstbetrekking (VAR LOON). Het verdiend de voorkeur dat u een ZZP’er inhuurt met een VAR WUO of VAR DGA. Dan loopt u namelijk de minste fiscale risico’s.

 

Als u een ZZP’er inhuurt dan dient u de volgende zaken te controleren: U dient een kopie op te nemen van de VAR in uw administratie (Dit dient bij voorkeur een VAR-DGA of VAR-WUO te zijn). U dient de identiteit vast te stellen aan de hand van een paspoort of een ID-bewijs, hiervan neemt u een kopie op in uw administratie (vergeet bij het ID-bewijs de achterzijde niet te kopiëren). U moet controleren dat u een VAR krijgt voor de correcte soort werkzaamheden. Dus komt iemand tegelzetten, dan moet dat ook op zijn VAR staan en niet een ander soort werkzaamheid. Bovendien moet u erop letten dat de werkzaamheden verricht worden binnen de geldigheidsduur van de VAR.

Een VAR is namelijk hoogstens maar één kalenderjaar geldig. Heeft u twijfels over VAR of huurt mensen uit het buitenland in met een VAR dan is het verstandig om de geldigheid telefonisch te checken bij het landelijk coördinatiepunt VAR van de belastingdienst 088-1511000. Laat de belastingdienst dan bij voorkeur de geldigheid schriftelijk bijvoorbeeld per e-mail aan u bevestigen.

Onderstaand een overzicht van de soorten VAR-verklaringen:

 

Soort VAR Gevolgen voor de opdrachtnemer Gevolgen voor de opdrachtgever
Loon uit dienstbetrekking U kunt uw opdrachtgever geen zekerheid geven over het inhouden en afdragen
van loonheffingen.
De opdrachtgever moet zelf toetsen of er sprake is van een (fictieve)
dienstbetrekking.
Resultaat uit overige werkzaamheden U kunt uw opdrachtgever geen zekerheid geven over het inhouden en afdragen
van loonheffingen.
De opdrachtgever moet zelf toetsen of er sprake is van een (fictieve)
dienstbetrekking.
Winst uit onderneming U kunt uw opdrachtgever de zekerheid geven dat hij geen loonheffingen hoeft
in te houden. Als u de VAR-wuo gebruikt, bent u niet verzekerd voor de
werknemersverzekeringen en kunt u geen beroep doen op een uitkering op basis van
een van deze verzekeringen.
De opdrachtgever hoeft geen loonheffingen in te houden en af te dragen.
Voorwaarden zijn wel dat:

  • de werkzaamheden op de VAR overeenkomen met de werkzaamheden die u voor de
    opdrachtgever verricht
  • de werkzaamheden binnen de geldigheidsduur van de VAR worden verricht
  • de opdrachtgever uw identiteit heeft vastgesteld
  • de opdrachtgever kopieën van uw identiteitsbewijs en de VAR bij zijn
    administratie bewaart
Inkomsten uit werkzaamheden voor rekening en risico van uw
vennootschap
U kunt uw opdrachtgever de zekerheid geven dat hij geen loonheffingen hoeft
in te houden. Als u de VAR-dga gebruikt, bent u niet verzekerd voor de
werknemersverzekeringen en kunt u geen beroep doen op een uitkering op basis van
een van deze verzekeringen.Let op!De VAR zegt niets over uw arbeidsrelatie met uw vennootschap
of een vennootschap waarin u een aanmerkelijk belang hebt.
De opdrachtgever hoeft geen loonheffingen in te houden en af te dragen.
Voorwaarden zijn wel dat:

  • de werkzaamheden op de VAR overeenkomen met de werkzaamheden die u voor de
    opdrachtgever verricht
  • de werkzaamheden binnen de geldigheidsduur van de VAR worden verricht
  • de opdrachtgever uw identiteit heeft vastgesteld
  • de opdrachtgever kopieën van uw identiteitsbewijs en de VAR bij zijn
    administratie bewaart. De VAR geeft uw opdrachtgever geen vrijwaring van een
    mogelijke aansprakelijkheid op grond van een inleners- of ketenaansprakelijkheid
    als uw vennootschap in gebreke blijft met de afdracht van de loonheffingen (en
    omzetbelasting) die verschuldigd is over de uitgevoerde
    werkzaamheden