DIT IS MIJN WINST SOFTWARE B.V.

All posts in Kennisbank voor de Zelfstandige Zonder Personeel(ZZP)

Incasso is een vorm van betalen. Via een machtiging geeft u toestemming aan een bedrijf, vereniging of stichting om eenmalig of periodiek een bepaald geldbedrag van uw rekening af te schrijven. U kunt iemand machtigen door een machtigingsformulier te ondertekenen. Wanneer u een machtiging heeft ondertekend, hoeft u verder niets te doen. Bent u het niet eens met een incasso, dan kunt u het bedrag laten terugboeken op uw rekening.

 Soorten incasso’s

Incasso via telefonische of schriftelijke machtiging

Machtiging via internet

Terugboeken van een automatische incasso

Bijzonderheden bij terugboeken en intrekken incasso

Beëindigen automatische incasso

Europese incasso

Soorten incasso’s: Er bestaan verschillende soorten incasso’s. De meest voorkomende incasso’s zijn: eenmalige incasso, bijvoorbeeld een eenmalige bijdrage aan een goed doel; doorlopende incasso algemeen, bijvoorbeeld voor het innen van de huurkosten voor een woning; doorlopende incasso bedrijven, bijvoorbeeld voor het innen van de leasekosten voor een auto; doorlopende incasso kansspelen, voor de inning van de inleg van een kansspel.

Incasso via telefonische of schriftelijke machtiging: Een bedrijf, vereniging of stichting kan geld bij u incasseren via een machtigingsformulier. Een instelling kan ook geld incasseren via een telefonische machtiging. Hiervoor moet de instelling wel een apart aanvullend contract met de bank hebben afgesloten. Ook mag een instelling u niet ongevraagd bellen voor een telefonische machtiging als er nog geen relatie bestaat tussen u en de instelling. In dit geval moet u zelf bellen en via de telefoon een machtiging verstrekken. Heeft u al wel een relatie met de instelling, dan kunt u of de instelling het initiatief nemen tot de machtiging.

Na het telefonisch contact stuurt de incasserende instelling (de incassant) u een schriftelijke bevestiging. Hierin staat wanneer welk bedrag geïncasseerd wordt. Ook staat er informatie in over de terugboekingstermijn en de datum van afschrijving.  U kunt telefonisch of schriftelijk een machtiging afgeven bij: een eenmalige incasso; een doorlopende incasso algemeen; een doorlopende incasso kansspelen. De doorlopende machtiging bedrijven kunt u alleen schriftelijk afgeven.

Machtiging via internet: Machtigingen via internet zijn alleen geldig als ze zijn geprint, ondertekend en verstuurd naar de instelling die incasseert.

Terugboeken van een automatische incasso: Incasso’s waarvoor een machtiging is gegeven, kunt u binnen 56 kalenderdagen (8 weken) laten terugboeken als u het niet met de incasso eens bent. Bijvoorbeeld omdat er een verkeerd bedrag is afgeboekt. Neem hiervoor contact op met uw bank of stuur de gele machtigingskaart in. Banken zijn verplicht mee te werken aan terugboekingen binnen 56 dagen.

Is deze termijn verstreken en gaat het om een incasso waarvoor u geen machtiging heeft gegeven, dan kunt u nog bezwaar maken bij uw bank. Dat kan tot 13 maanden na de datum van afschrijving van het bedrag. Als de incasso echt onterecht is, krijgt u het geld teruggestort op uw rekening.

Verder heeft u het recht om incasso-opdrachten tot de laatste werkdag vóór uitvoering van deze transactie te herroepen. Zo houdt u altijd controle over uw rekening.

Bijzonderheden bij terugboeken en intrekken incasso: Bij het terugboeken (storneren) van een automatische incasso moet u rekening houden met een aantal bijzonderheden:Eenmalige machtigingen kunt u niet laten terugboeken. Doorlopende machtigingen kansspelen kunt u niet laten terugboeken. U kunt natuurlijk wel de incasso beëindigen. Het doorlopende incasso bedrag moet u binnen 5 werkdagen terugvorderen.

Beëindigen automatische incasso: Om een automatische incasso stop te zetten, vult u een rode intrekkingskaart in. Die stuurt u naar de incassant. De rode intrekkingskaarten zijn verkrijgbaar bij uw bank.

Europese incasso: U kunt ook een machtiging afgeven voor een Europese incasso, ook wel SEPA Direct Debit (SDD) genoemd. SDD is al geldig in Nederland en op den duur ook voor alle incasso’s tussen landen uit het SEPA-gebied . De Europese incasso geldt alleen voor doorlopende en eenmalige schriftelijke machtigingen. Voor de niet-zakelijke incasso zonder terugboekrecht (in gebruik bij kansspelen) wordt nog gewerkt aan een Europees alternatief.

U moet voor een Europese incasso uw IBAN-rekeningnummer invullen in plaats van uw Nederlandse rekeningnummer. In het geval van een grensoverschrijdende machtiging moet u ook de identificatiecode van uw bank (BIC) vermelden. De incassant moet u minimaal 14 dagen van te voren laten weten welk bedrag hij gaat incasseren. Zakelijke incasso’s kunnen niet worden teruggeboekt, tenzij u geen machtiging voor de incasso heeft afgegeven.

(Bron: Overheid 14 december 2012)

 

Samen een bedrijf beginnen door het oprichten van een Vennootschap Onder Firma (VOF) heeft veel voordelen. Vennoten staan er nooit alleen voor en kunnen gebruik maken van elkaars expertise. Het is echter van groot belang dat partners van tevoren duidelijke afspraken maken. Een zakelijke samenwerking kan in een later stadium op losse schroeven komen te staan als vooraf niet alle details zijn besproken en vastgelegd: 5 aandachtspunten.

1. VOF-rechtsvorm

Een Vennootschap Onder Firma is eigendom van meerdere vennoten (ook wel firmanten genaamd). Deze rechtsvorm is voor zowel ondernemers die samen een bedrijf starten interessant als voor rechtspersonen die een samenwerking willen aangaan. Partners die samen zaken willen doen, kunnen een zogenaamde man-vrouwfirma oprichten. Het storten van een minimumkapitaal is bij het oprichten van een VOF niet nodig.

2. Aansprakelijkheid

Een belangrijk aandachtspunt is dat u en uw partners straks allemaal hoofdelijk aansprakelijk zijn, oftewel: iedere vennoot is persoonlijk aansprakelijk voor de gemaakte schulden binnen de VOF, óók als een andere vennoot hiervoor verantwoordelijk is. Net als bij een eenmanszaak is het zo dat, indien u in gemeenschap van goederen getrouwd bent, ook aanspraak kan worden gemaakt op het privé-vermogen van uw echtgenoot. Wie het aansprakelijkheidsrisico wil beperken, kan overwegen om huwelijkse voorwaarden op te stellen. Komt een vennoot privé in de financiële problemen, dan kunnen zijn schuldeisers niet aan uw privé-vermogen komen. Ook het zakelijk vermogen van de VOF kan in dat geval niet worden aangesproken.

3. Vennootschapscontract

Het is raadzaam om bij de oprichting een vennootschapscontract op te stellen. Hierin vindt u onder meer gemaakte afspraken over de bevoegdheden en verdeling van de winst terug. De KvK heeft hiervoor een modelcontract ontwikkeld, maar u kunt dit ook door een notaris laten doen. (Dit kan verstandig zijn aangezien de notaris bij uitstek specialist is in deze wet- en regelgeving). Denk hierbij bijvoorbeeld aan:

  • Naam en inbreng van de vennoten
  • Geschatte duur van de samenwerking
  • Winst- en verliesverdeling
  • Wat te doen bij verlof en arbeidsongeschiktheid
  • Eventuele toetreding nieuwe vennoten
  • Uittreding bestaande vennoten

Het afsluiten van een vennootschapscontract is niet verplicht, maar op deze manier weten alle vennoten waar ze aan toe zijn en komt niemand later voor verrassingen te staan.

4. Sociale zekerheid

Na uw 65ste heeft u als vennoot recht op AOW, maar aanvullend pensioen komt voor uw eigen rekening. Omdat u geen beroep kunt doen op de Ziektewet, WW of WIA, moet u zelf zo snel mogelijk een arbeidsongeschiktheidsverzekering afsluiten. Maak hierover ook afspraken met uw partners en leg dit vast in het vennootschapscontract. Wat ziektekosten betreft is een basisverzekering verplicht. Hiervoor betaalt u premie aan de ziektekostenverzekeraar, alsmede een bijdrage via uw belastingaangifte.

5. Ontbinding VOF

Een VOF wordt in principe ontbonden op het moment als een van de vennoten zich terugtrekt of komt te overlijden. Indien u de mogelijkheid wilt hebben om de VOF te kunnen voortzetten, moet dit van tevoren in het vennootschapscontract zijn opgenomen. De VOF kan dan een tweede leven krijgen met een nieuwe vennoot, of voortaan doorgaan als eenmanszaak. Indien de VOF wordt ontbonden, betalen de vennoten de schulden en krijgen zij hun aandeel terug in natura of geld. Dat heet de vereffening. Het eventuele restant zal op basis van ieders winstaandeel worden verdeeld. Zijn er voor het afbetalen van schulden te weinig liquide middelen? Dan moeten de vennoten bijstorten (op basis van het aandeel in het verlies).

(Bron: Ik ga starten juli 2011)

De meeste ondernemers hebben voor de start van hun bedrijf een financiering nodig. Wanneer dit niet met eigen middelen kan, dient het startkapitaal door middel van externe financiering gerealiseerd te worden. Daarom vijf tips om startkapitaal te vergaren.

1. Rekeningcourantkrediet

Het bekende, flexibele krediet wanneer u direct geld van de bank nodig heeft en u de verwachting heeft dit binnen een korte termijn af te lossen. Het rekeningcourantkrediet kent u als ‘rood staan’ en is de eenvoudigste manier om snel aan startkapitaal te komen. U kunt tot een bepaalde kredietlimiet geld opnemen. Met het rekeningcourantkrediet heeft u altijd geld achter de hand wanneer u dat nodig heeft. Ook interessant om later schommelingen in uitgaven en inkomsten op te vangen.

2. Lening van de bank

Wanneer een rekeningcourantkrediet niet toereikend is omdat u bijvoorbeeld wilt investeren in vaste bedrijfsmiddelen kunt u een lening bij de bank afsluiten. Een goed ondernemingsplan is hierbij onontbeerlijk. Deze leningen kunnen verschillen van een lange, zakelijke hypotheek tot een middellang krediet. Dit krediet wordt vaak gebruikt bij de aanschaf van vaste bedrijfsmiddelen als machines, vervoersmiddelen of inventaris. Het rentepercentage ligt vast voor een langere periode die afgestemd is op de levensduur van de aan te schaffen activa.

3. BMKB

Wanneer de bank u geen krediet verstrekt omdat uw bedrijf de bank geen onderpand kan bieden, kunt u in aanmerking komen voor het Besluit Borgstelling MKB-kredieten (BMKB). Hierbij kunt u via de bank bij de overheid een beroep doen op deze borgstelling. Hierdoor kunt u bij de bank meer geld lenen dan u op basis van uw onderpand zou krijgen.

4. Durfkapitaal

Ook wel venture- of risicokapitaal genoemd. Dit zijn zakelijke investeerders die vertrouwen hebben in uw ondernemingsplan en bereid zijn (grote) sommen geld te lenen – en hier veelal een vorm van zeggenschap voor terug te krijgen. Vaak zijn het oud-ondernemers die een netwerk meebrengen waar u van kunt profiteren. De geldverstrekker heeft vooraf geen zekerheid over de toekomst en het succes van uw bedrijf. Deze personen nemen een groot risico, dus u zult een overtuigend verhaal moeten hebben. Zij krijgen immers geen regelmatige aflossingen, zoals dat bij de bank gebruikelijk is. Hoe sneller u verwacht winst te maken, hoe eerder u de lening kunt afbetalen en hoe minder rente u uiteindelijk betaalt.

5. Familie en vrienden

Particulieren zijn er doorgaans niet op uit om geld te verdienen aan het verstrekken van een lening. En dan komt u al snel bij familie of vrienden uit. Naast de fiscale voordelen zit er voor de geldverstrekker ook een risico aan. Investeren in een startende onderneming brengt nu eenmaal een hoop onzekerheden met zich mee. Daarnaast is het van belang om zaken en privé gescheiden te houden, leg daarom de overeenkomst vast op papier. Er zijn legio voorbeelden waar de privéverhoudingen door ruzies over geld werden verstoord. Een andere mogelijkheid is zuinig leven, maakt uw spaargeld op en koopt tweedehands kantoormeubilair. Het is een lastige start, maar u hoeft alleen verantwoording aan uzelf af te leggen.

(Bron: Ik ga starten 6-12-2011

Een eigen bedrijf beginnen vergt, naast veel tijd en energie, ook de nodige investeringen op financieel gebied. Daarom bestaan er een aantal handige fiscale voordelen, waarmee u als startende ZZP’er (mits u aan de voorwaarden voldoet) uw voordeel kunt doen: 6 belangrijke aftrekposten voor ZZP’ers.

1. Zelfstandigenaftrek

Als ondernemer kunt u aanspraak maken op de zelfstandigenaftrek, waardoor het uiteindelijke bedrag waarover u belasting moet betalen aanzienlijk lager uitvalt. Nu is het nog zo dat de hoogte van het af te trekken bedrag afhangt van de winst die u maakt, maar deze regel gaat met ingang van volgend jaar veranderen. Per 1 januari 2012 mag voor de zelfstandigenaftrek een vast bedrag van 7.280 euro worden afgetrokken.

2. Startersaftrek

Voor startende ondernemers is er ook de startersaftrek, die bovenop de zelfstandigenaftrek komt. Starters kunnen in de eerste vijf jaar van hun onderneming in totaal drie keer een extra bedrag (in 2011 is dat 2123 euro) van hun winst aftrekken. Hiervoor moet u wel aan drie voorwaarden voldoen: u heeft recht op zelfstandigenaftrek, in de vijf jaar voorafgaand aan het desbetreffende belastingjaar heeft u niet vaker dan twee keer van de zelfstandigenaftrek gebruikgemaakt en in diezelfde periode was u ten minste een jaar geen ondernemer.

3. Investeringsaftrek

Wie een nieuw bedrijf begint, moet investeren. Denk bijvoorbeeld aan het aanschaffen van een computer en printer. De fiscus houdt daar tot op bepaalde hoogte rekening mee. Wanneer u in een boekjaar hebt geïnvesteerd in bedrijfsmiddelen, maakt u mogelijk aanspraak op de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA). Het gaat in dit geval om ondernemers die in 2011 tussen de 2.200 en 301.800 euro in bedrijfsmiddelen hebben geïnvesteerd.

De KIA is een percentage van al uw investeringen, waarbij de hoogte afhangt van het geïnvesteerde bedrag. Uiteraard zijn er wel een paar voorwaarden waaraan u moet voldoen: uw bedrijf moet gevestigd zijn in Nederland, u bent belastingplichtig voor de inkomstenbelasting en u heeft deze periode in bepaalde bedrijfsmiddelen geïnvesteerd die voor investeringsaftrek in aanmerking komen.

4. Meewerkaftrek

Heeft u een fiscale partner die regelmatig zijn of haar medewerking verleent aan uw bedrijf, dan kan het zijn dat u aanspraak maakt op de zogenaamde meewerkaftrek, waardoor u minder belasting over de uiteindelijke winst hoeft te betalen. De hoogte van het bedrag hangt af van de winst en het aantal uren dat uw fiscale partner heeft in de onderneming gewerkt.

Voorwaarden om van deze regeling gebruik te kunnen maken zijn er ook: u moet op jaarbasis minimaal 1225 uur besteden aan uw bedrijf (dit moet meer dan de helft van uw werktijd zijn). Daarnaast moet uw fiscale partner minstens 525 uur per jaar in uw onderneming werken, in principe zonder vergoeding; u mag hem of haar hiervoor in ieder geval niet meer dan 5.000 euro hebben betaald. Tot slot mag uw fiscale partner niet bij u in loondienst zijn en mag er door de Belastingdienst geen fictief dienstverband worden geconstateerd.

5. Fiscale oudedagsreserve (FOR)

Omdat je als ondernemer niet automatisch pensioen opbouwt, mogen ondernemers jaarlijks een deel van de winst reserveren voor uw oudedagsvoorziening. Dat gereserveerde deel heet de fiscale oudedagsreserve, ook wel afgekort tot FOR. Over dit bedrag hoeft u in dit geval niet meteen belasting te betalen: u krijgt uitstel van betaling. Het bedrag dat u opzij mag zetten, is aan een maximum gebonden. Momenteel is dat 11.882 euro, maar met ingang van 2012 wordt dit bedrag verlaagd naar 9.382 euro.

Het is mogelijk om een deel gaan uw fiscale oudedagsreserve om te zetten in lijfrente. De uiteindelijke premie wordt daardoor namelijk aftrekbaar. Om aanspraak te kunnen maken op de FOR bent u verplicht om minimaal 1225 uur per jaar in uw onderneming te steken en moet u aan het begin van het desbetreffende belastingjaar jonger zijn dan 65 jaar.

6. Willekeurige afschrijving

Startende ondernemers kunnen de aanschafkosten van bedrijfsmiddelen ‘willekeurig afschrijven’. Oftewel: u bepaalt zelf hoeveel u wanneer afschrijft en die flexibiliteit kan voor starters veel voordelen hebben. De regeling geldt niet voor alle rechtsvormen, maar alleen voor ondernemers met een eenmanszaak, vennootschap onder firma (VOF), commanditaire vennootschap (cv) of maatschap. Daarnaast moet u recht hebben op startersafrek. Kijk voor eventuele aanvullende eisen op de site van de belastingdienst of vraag het aan uw adviseur.

(Bron: Ik ga starten 9-12-2011)

Een financieel dienstverlener moet u informatie geven over financiële producten of financiële diensten die u afneemt. De dienstverlener is dit verplicht op grond van de Wet op het financieel toezicht (Wft). Informatie over complexe financiële producten staat ook in de Financiële Bijsluiter van het product. U kunt bij CentiQ terecht voor ondersteuning op het gebied van financiële zelfredzaamheid.

 

Informatieplicht dienstverlener

De Financiële Bijsluiter

CentiQ

 

Informatieplicht dienstverlener

Voordat u een overeenkomst afsluit, moet de dienstverlener u alle informatie geven die nodig is om het product goed te kunnen beoordelen. Ook na het sluiten van een overeenkomst moet de dienstverlener u blijven informeren.

Als er tijdens de looptijd van een overeenkomst ontwikkelingen zijn die belangrijk zijn voor het product, moet de dienstverlener u daarover direct informeren. De informatie moet begrijpelijk en niet misleidend zijn. Hetzelfde geldt voor de reclame-uitingen van de financiële dienstverlener.

 

De Financiële Bijsluiter

Aanbieders vancomplexe financiële producten moeten naast de eigen informatie ook deFinanciële Bijsluiterverstrekken. In deze bijsluiter vindt u wat een product precies inhoudt en wat de kosten, de opbrengsten en de risico’s van een product zijn.

 

CentiQ

CentiQ is een platform voor bewust omgaan met geld. Het platform bestaat uit marktpartijen, consumentenorganisaties en enkele overheidsinstellingen. CentiQ wil met concrete projecten de financiële kennis en vaardigheden van consumenten vergroten, zodat zij goede financiële beslissingen kunnen nemen.

 

De website van CentiQ, wijzeringeldzaken.nl, geeft betrouwbare informatie over bijvoorbeeld sparen, lenen, hypotheken, beleggen en pensioen.

(Bron: Overheid 17 oktober 2011)

 

In de praktijk wil het nog wel eens gebeuren dat mensen onder huwelijkse voorwaarden getrouwd zijn met een verrekenbeding. Er zijn verschillende verrekenbedingen. Het kan bijvoorbeeld zo zijn dat er jaarlijks verrekend moet worden. Dit is een periodiek of Amsterdams verrekenbeding.

Het is verstandig om dan te zorgen dat u ook daadwerkelijk jaarlijks de onderlinge schulden en vorderingen vaststelt. Ook al als er mogelijkheden zijn opgenomen om niet te verrekenen of verrekenen te laten verjaren kan dit fiscaal en ook financieel ongunstig voor u uitpakken. Heeft u de laatste jaren of lange tijd niet verrekend laat dan uw situatie bekijken door een specialist.

De regels over provisie bij de verkoop van financiële producten worden aangescherpt. Er komt een verbod op het berekenen van provisie bij de verkoop van complexe financiële producten, zoals hypotheken, pensioenverzekeringen en levensverzekeringen. Daarnaast komt er een norm voor beloningen die u betaalt aan de adviseur en een verbod op bonusprovisie bij de verkoop van schadeverzekeringen. Door deze maatregelen worden de kosten van financiële dienstverlening transparanter.

 

Inwerkingtreding provisieverbod bij verkoop financiële producten

Provisieverbod bij verkoop van financiële producten

Een norm voor beloningen bij verkoop van financiële producten

Verbod op bonusprovisie bij schadeverzekeringen

Waarom wijzigingen provisies

 

Inwerkingtreding provisieverbod bij verkoop financiële producten

Het provisieverbod voor complexe financiële producten geldt vanaf 1 januari 2013. De maatregel over de beloningsnorm en het verbod op bonusprovisie treden in werking op 1 januari 2012.

 

Provisieverbod bij verkoop van financiële producten

Het provisieverbod geldt straks voor onder andere de volgende producten:complexe financiële producten, zoals hypotheken, pensioenverzekeringen en levensverzekeringen; hypothecaire kredieten; inkomensverzekeringen, waaronder betalingsbeschermers en arbeidsongeschiktheidsverzekeringen voor ondernemers;uitvaartproducten.

 

Een norm voor beloningen bij verkoop van financiële producten

Als u een financieel product koopt, kunt u de advieskosten betalen via provisie, of de adviseur een beloning geven. Aan deze beloningen wordt een grens gesteld. Deze norm moet ervoor zorgen dat er een betere afstemming is tussen de geleverde dienst en de beloning. U kunt zelf bepalen of u de advieskosten redelijk vindt voor de geboden dienst van de adviseur.

 

Verbod op bonusprovisie bij schadeverzekeringen

Bij schadeverzekeringen geldt vanaf 1 januari 2012 een verbod op bonusprovisie. Bonusprovisies zijn vergoedingen om de verkoop van bepaalde producten te stimuleren. Daarnaast moet de financieel dienstverlener op verzoek bekend maken wat zijn beloning is.

 

Waarom wijzigingen provisies

Het is gebleken dat de huidige regels over provisie niet streng genoeg zijn. Zij stimuleren de adviseur/bemiddelaar onvoldoende om de belangen van de consumenten voorop te stellen. Door een verbod op provisie in te stellen zullen adviseurs zich alleen op de belangen van de klant richten.

(Bron: Overheid 17 Oktober)

 

Provisie is de beloning die tussenpersonen (adviseurs of bemiddelaars) ontvangen als zij u complexe financiële producten verkopen zoals een beleggingsverzekering of een bankspaarhypotheek. Zij ontvangen provisie van de bank of de verzekeraar wiens producten zij verkopen. Provisie heet ook wel afsluitprovisie of courtage. De tussenpersoon moet u altijd na het 1e orientatiegesprek een dienstverleningdocument overhandigen. Hierin staat de provisie vermeld en de werkzaamheden die hiervoor worden verricht.

 

Dienstverleningsdocument na 1e oriëntatiegesprek

Kostenverklaring van bank of verzekeraar

Toezicht provisieregels

Overige afspraken provisie

Meer informatie provisie en provisieregelgeving

 

Dienstverleningsdocument na 1e oriëntatiegesprek

Tussenpersonen zijn verplicht na het 1e oriëntatiegesprek u een dienstverleningsdocument te overhandigen. Dat is een document waarin staat welke beloning de tussenpersoon ontvangt. Zij mogen de hoogte niet in procenten uitdrukken. Ook moet in het dienstverleningsdocument staan welke werkzaamheden de tussenpersoon voor de beloning doet. Als uw tussenpersoon provisie ontvangt van de aanbieder, moet hij zeggen wat de minimale en de maximale provisie per product kan zijn. De daadwerkelijke provisie moet uiterlijk bij de offerte bij u bekend zijn.

 

Kostenverklaring van bank of verzekeraar

U kunt rechtstreeks bij een bank of verzekeraar een financieel product kopen. Er is dan geen tussenpersoon die mogelijk provisie ontvangt. De aanbieder kan u wel bepaalde kosten in rekening brengen voor de advisering en de distributie (bijvoorbeeld een reclamecampagne). Over deze kosten moet de aanbieder u schriftelijk informatie geven in een zogenaamde kostenverklaring. Deze kosten kunnen verwerkt zijn in de prijs van het product of in het rentepercentage.

 

Toezicht provisieregels

De Autoriteit Financiële Markten (AFM) houdt toezicht op de naleving van provisieregels. Aan de hand van bijvoorbeeld meldingen van consumenten kan de AFM overwegen een onderzoek in te stellen naar een financieel adviseur.

 

Overige afspraken provisie

Het ministerie van Financiën heeft met de betrokken brancheorganisaties nog meer afspraken gemaakt over provisie. Het doel van deze regels is zorgen voor een betrouwbare en duurzame relatie tussen financiële tussenpersonen en klanten.

(Bron: Overheid 17 oktober 2011)

 

Administratie wil zeggen: alle gegevens over uw onderneming die u op papier (ook kladaantekeningen) of digitaal (bijvoorbeeld met de computer) vastlegt. Een goed opgezette en overzichtelijke administratie
is van groot belang: niet alleen om aan uw wettelijke verplichtingen te voldoen, maar ook voor uw bedrijfsvoering.

Als ondernemer bent u wettelijk verplicht een goede administratie bij te houden en te bewaren die is afgestemd op de aard van uw bedrijf. Begin daarom meteen met het opzetten van een administratie, zelfs als uw onderneming nog niet eens van start is gegaan.

Voor uw bedrijfsvoering

Met een goed bijgehouden administratie hebt u snel de beschikking over de cijfers en resultaten van uw onderneming om inzicht te krijgen in uw kosten, uw omzet en uw winst. Aan de hand hiervan kunt u inspelen op ontwikkelingen en uw activiteiten eventueel bijstellen.

Voor het invullen van uw aangiften

Uw administratie vormt de basis van uw aangiften. De belastingdienst moet deze aangiften snel en goed kunnen controleren. Als uw administratie niet volledig is en niet binnen een redelijke termijn te controleren is, of als u uw administratie niet lang genoeg bewaart, kan dat vervelende gevolgen hebben. De belastingdienst zal dan zelf uw omzet en winst vaststellen en de verschuldigde belasting berekenen. Als u het niet eens bent met de berekening van de belastingdienst, dan zult u zelf moeten bewijzen dat die berekening onjuist is. Dit heet ‘omkering van bewijslast’.

Als u geen duidelijke overzichten hebt van uw aan- en verkopen, zult u uw  aangifte omzetbelasting niet kunnen invullen. En zonder een goede administratie  kunt u geen aanspraak maken op voordelige regelingen, zoals de  kleineondernemersregeling voor de btw.

Let op!

Vraag uw accountant/boekhouder om de aansluiting  tussen uw administratie, uw aangiften en de jaarrekening te controleren en ook voor u inzichtelijk te maken. Bewaar deze berekeningen bij uw administratie. De belastingdienst kan u daarnaar vragen.

Wilt u dat uw klanten precies weten onder welke voorwaarden u levert, betaalt, verkoopt of inkoopt? Met algemene voorwaarden is het direct duidelijk welke rechten en plichten u en degene met wie u zakendoet heeft. U hoeft er dan niet elke keer apart over te onderhandelen.

Een kwart van de zzp’ers maakt geen gebruik van algemene voorwaarden.

Wat zet u in uw algemene voorwaarden?

De volgende zaken staan vaak in algemene voorwaarden:

  • offerte: vrijblijvend of niet? aanvaardingstermijn;
  • transport: wie betaalt het transport, de verzekering, invoerrechten?
  • levertijd: voorwaarden bij overmacht;
  • betaling: betalingstermijn, incassokosten, rente;
  • eigendomsvoorbehoud: eigendom gaat pas over na betaling;
  • garantie en de voorwaarden hierbij;
  • afwikkeling van geschillen: rechter of arbitrage;
  • aansprakelijkheid: beperking, hoogte schadevergoeding.

Verder moet het taalgebruik in uw algemene voorwaarden begrijpelijk zijn.

Algemene voorwaarden aan klanten verstrekken

U moet uw voorwaarden vóór of tijdens het sluiten van een overeenkomst aan de klant verstrekken. U kunt ze bijvoorbeeld overhandigen, vooraf toesturen of op de achterkant van een contract of offerte afdrukken.

Informatieplicht

U moet de wederpartij een redelijke mogelijkheid bieden om kennis te nemen van uw algemene voorwaarden. U doet dit door de inhoud van de voorwaarden vóór of tijdens het sluiten van de overeenkomst aan de klant te verstrekken. De klant moet instemmen met uw algemene voorwaarden. Dit kan uitdrukkelijk, maar ook stilzwijgend plaatsvinden. U kunt op verschillende manieren aan de informatieplicht voldoen, bijvoorbeeld door de algemene voorwaarden:

  • te overhandigen aan de wederpartij;
  • vooraf toe te zenden;
  • op de achterzijde van een contract/offerte af te drukken. Op de voorzijde moet dan wel nadrukkelijk verwezen worden naar de voorwaarden op de achterzijde.

Let op

  • Als uw algemene voorwaarden bij een eerste contract uitsluitend op de factuur staan, is dat te laat. De voorwaarden moeten vóór of tijdens het sluiten van de overeenkomst bekend zijn bij de wederpartij.
  • Als u alleen op uw briefpapier vermeldt dat uw algemene voorwaarden zijn gedeponeerd, heeft dat geen effect. De inhoud van de algemene voorwaarden moet immers aan de wederpartij worden verstrekt.
  • Als uw voorwaarden achter op uw briefpapier staan, denk hier dan ook aan als u het document faxt.

Stel uw eigen algemene voorwaarden op

De Kamer van Koophandel biedt modelvoorwaarden, die u kunt aanpassen aan uw situatie. Lees de toelichting voordat u de algemene voorwaarden gebruikt en laat uw voorwaarden controleren door een juridisch adviseur.

(Bron: Kamer van Koophandel 19-11-2011)