DIT IS MIJN WINST SOFTWARE B.V.

All posts in Kennisbank

Wanneer je precies ondernemer bent voor de inkomstenbelasting? Daarover bestaan nogal wat misverstanden. We zetten de belangrijkste op een rij.

1. Ik ben ingeschreven bij de Kamer van Koophandel. Dus ben ik ondernemer voor de inkomstenbelasting.

Dat klopt niet. Jouw inschrijving bij de Kamer van Koophandel maakt je nog niet automatisch ondernemer voor de inkomstenbelasting. De Kamer van Koophandel kijkt bij inschrijving in ieder geval of je ondernemer bent voor het Handelsregister. En doet voor de Belastingdienst een eerste screening of je ondernemer bent voor de btw en de inkomstenbelasting. Maar of je daadwerkelijk ondernemer bent voor de inkomstenbelasting, hangt uiteindelijk af van jouw situatie. Hoe zelfstandig ben je bijvoorbeeld? Loop je ondernemersrisico? Zit er voldoende continuïteit in je bedrijf? Die dingen kunnen in de loop der tijd veranderen. Wil je weten hoe het voor jou zit? Met de OndernemersCheck krijg je snel een goede indicatie.

2. Ik moet btw-aangifte doen. Dus ben ik ondernemer voor de inkomstenbelasting.

Dat je btw-aangifte doet en omzetbelasting betaalt, betekent niet automatisch dat je ondernemer bent voor de inkomstenbelasting. Daarvoor kijkt de Belastingdienst naar andere zaken. Bijvoorbeeld naar jouw zelfstandigheid. En naar de omvang en continuïteit van je bedrijf. De OndernemersCheck geeft je een goede indicatie of jij ondernemer voor de inkomstenbelasting bent.

3. Ik heb meerdere opdrachtgevers. Dus ben ik ondernemer voor de inkomstenbelasting.

Of je voldoende opdrachtgevers hebt, is inderdaad één van de dingen die meespeelt. Maar of jij ondernemer bent voor de inkomstenbelasting hangt af van meer factoren. Zo is bijvoorbeeld ook van belang of je zelfstandig bent, of je ondernemersrisico loopt en of er continuïteit in je bedrijf zit. De OndernemersCheck geeft je meer duidelijkheid over jouw situatie: ben je mogelijk ondernemer voor de inkomstenbelasting?

4. Ik besteed 1.225 uur per kalenderjaar aan mijn bedrijf. Dus ben ik ondernemer voor de inkomstenbelasting.

Die 1.225 uur per kalenderjaar (het zogeheten ‘urencriterium’) is een voorwaarde voor onder andere zelfstandigenaftrek en startersaftrek. Om voor deze en andere aftrekposten in aanmerking te komen, moet je ondernemer zijn voor de inkomstenbelasting. Of je dat bent, hangt niet af van die 1.225 uur maar van jouw totale situatie. Ben je zelfstandig genoeg? Loop je risico? Zit er continuïteit in je bedrijf? Al met al best ingewikkeld om te beoordelen. Daarom hebben we de OndernemersCheck ontwikkeld. Die geeft je snel een goede indicatie of je ondernemer bent voor de inkomstenbelasting.

5. De Belastingdienst nodigt mij uit om als ondernemer aangifte te doen. Dan ben ik toch ondernemer voor de inkomstenbelasting?

De uitnodiging die je van ons krijgt, is géén bevestiging dat je ondernemer voor de inkomstenbelasting bent. Als je bent ingeschreven bij de Kamer van Koophandel, krijg je altijd de mogelijkheid om als ondernemer aangifte te doen. Maar of je aangifte doet als ondernemer of als privépersoon, dat beslis je zelf. De Belastingdienst toetst achteraf of jouw aangifte  klopt.

Maar: hoe beslis je of het verstandig is om aangifte te doen als ondernemer? De OndernemersCheck is daarvoor een handig hulpmiddel. De check geeft je een goede indicatie of jij in het aangiftejaar ondernemer was voor de inkomstenbelasting.

6. De Belastingdienst controleert mijn aangifte toch niet.

De Belastingdienst controleert niet ieder jaar alle 1,2 miljoen ondernemers van Nederland. Dat is ook niet nodig, want in de meeste gevallen is de aangifte goed ingevuld. Maar we controleren wel degelijk. Als dan blijkt dat je onterecht gebruik hebt gemaakt van bijvoorbeeld zelfstandigenaftrek of startersaftrek, moet je dat terugbetalen. Dat kan om hoge bedragen gaan. Doe daarom zelf de OndernemersCheck, liefst ieder jaar voordat je aangifte doet. Dat geeft meer zekerheid. Hou je toch twijfels? Dan kun je die bespreken met een specialist zoals je fiscaal dienstverlener.

7. Als ondernemer kan ik bedrijfsverliezen altijd aftrekken van mijn inkomen.

Als je net bent gestart met je bedrijf, draai je mogelijk eerst verlies. Omdat je veel moet investeren bijvoorbeeld, of nog niet voldoende klanten hebt. Die (aanloop)verliezen kun je inderdaad aftrekken van je inkomen. Maar: alleen als je met jouw bedrijf uiteindelijk wel concreet uitzicht hebt op winst. Blijft jouw bedrijf structureel verlies draaien? Dan ben je geen ondernemer voor de inkomstenbelasting. Je kunt verliezen dan ook niet (meer) aftrekken, ook niet in een andere rubriek in de aangifte.

(Bron: Belastingdienst)

Ook de ondernemer die geen kwade bedoelingen heeft, kan betrokken raken bij btw-fraude door toedoen van de wederpartij. Wees daarom altijd alert.

Ongewenst en onbedoeld betrokken raken bij btw-fraude kan vervelende consequenties met zich meebrengen. Het recht op vooraftrek van btw kan worden geweigerd of er kan een onderzoek naar fraude worden ingesteld. Gelukkig kunt u als ondernemer dit risico verkleinen. Wees daarom altijd alert en kritisch als u een deal sluit en let op de volgende punten.

Controlepunten

Controleer altijd de volgende punten:

  • Staat uw wederpartij ingeschreven bij de Kamer van Koophandel?
  • Zijn de overhandigde papieren echt?
  • Wat is de geschiedenis van het bedrijf? Het kan geen kwaad om het bedrijf waarmee u zaken doet eens te googelen.
  • Is het fysieke adres van uw leverancier of afnemer bekend? Dus heeft de afnemer of leverancier een pand of kantoor waar u binnen kunt lopen om met iemand te spreken?
  • Controleer het btw-nummer van de partij met wie u zaken doet. Dit kan via de link http://ec.europa.eu/taxation_customs/vies/
  • Controleer of de door uw afnemer uitgereikte facturen aan de factuureisen voldoen. Zo moet een factuur het btw-nummer van uw afnemer vermelden, een datum hebben en moet de geleverde dienst of het geleverde goed zijn omgeschreven. Daarnaast moet het in rekening gebrachte bedrag exclusief btw vermeld staan. Ook moeten het btw-tarief en het btw-bedrag worden vermeld.

Verdachte zaken

Daarnaast moeten de volgende signalen de alarmbellen bij u doen rinkelen:

  • De prijs die u moet betalen is opvallend laag.
  • De factuur klopt niet of er ontbreekt iets belangrijks op de factuur, zoals bijvoorbeeld het adres of telefoonnummer.
  • De leveranciers of afnemers bestaan maar kort en wisselen vaak.
  • De producten die worden geleverd zijn niet gebruikelijk in de branche van de leverancier.
  • De leverancier geeft al aan wie u de goederen mogelijk kunt doorverkopen en welke prijs u er dan voor zult krijgen.

Conclusie

Wanneer één van voorgaande situaties zich voordoet, betekent dit niet meteen dat er sprake is van btw-fraude, maar is dit wel een indicatie dat het verstandig is dat u nader onderzoek doet. Hoe meer van de voorgaande aspecten zich voordoen, hoe verdachter de situatie uiteraard is. Onderzoek in dat geval de situatie verder. Een gewaarschuwd mens telt immers voor twee!

(Bron: SRA)

Sommige ouders kiezen er nog wel eens voor om ‘met warme hand’ een deel van hun spaarcentjes te schenken (in de vorm van een schenking) aan hun kinderen. Lag er voor u met Kerst ook een envelopje onder de kerstboom? Lees dan vooral deze blog!

Voor een kind is het natuurlijk een aantrekkelijk idee om een extraatje te krijgen. Fiscaal kan dit ook voordelig zijn. Giften aan een kind tot ruim € 5.000,– per jaar zijn vrij van schenkbelasting. Aan een kind tussen 18 en 40 jaar oud mag zelfs eenmalig een bedrag van bijna € 25.000,– belastingvrij geschonken worden. Van deze mogelijkheid wordt dan ook regelmatig gebruik gemaakt. So far so good…

Maar wat nu als het kind dat geld geschonken heeft gekregen, gaat scheiden? Dan zijn de poppen aan het dansen. Ouders zien immers niet graag dat de helft van die schenking met de ex-partner mee gaat. Hoe zeer het er ook op leek dat ouders dit extraatje niet alleen het eigen kind, maar ook schoondochter of schoonzoon gunden, van die gunfactor blijft meestal weinig over als het kind gaat scheiden. Is het te voorkomen dat de helft van de schenking naar de koude kant overgaat? Ja, dat is vrij eenvoudig te regelen, maar het is niet achteraf te organiseren.

Belangrijk is dat ten tijde van de schenking uitdrukkelijk door de schenkende ouder wordt bepaald dat die schenking onder uitsluiting (in privé) aan het kind toekomt. De ouder kan dus niet achteraf bepalen dat die schenking een privé schenking betreft, althans dat heeft juridisch geen effect. Hoe leg je dan als ouder vast dat de schenking in privé aan het eigen kind toekomt? Dit is nergens in de wet vastgelegd, dus er zijn in feite geen vormvereisten.

Het is wel een misverstand te denken dat wanneer het geld op een bankrekening wordt gestort die alleen op naam van het eigen kind staat, dat het daarmee privé blijft. Dat is in ieder geval onvoldoende! Het is wel voldoende als duidelijk in de omschrijving bij de overboeking wordt vermeld dat het om een privé schenking gaat. Het zou nog beter zijn als de bedoeling in een notariële of onderhandse akte wordt vastgelegd én het bij de bankoverschrijving wordt vermeld.

Wat is het gevolg als dit ten tijde van de schenking op een goede manier is geregeld? Als een kind in gemeenschap van goederen is getrouwd, dan valt deze schenking buiten het gemeenschappelijk vermogen van de echtgenoten. Komt het tot een echtscheiding tussen deze echtgenoten, dan hoeft die schenking niet in de verdeling te worden betrokken. Dat is helder en logisch.

Maar wat als dat geld al is uitgegeven? De rechtbank Rotterdam heeft geoordeeld dat de echtgenoot die de privé schenking heeft ontvangen in dat geval een vergoedingsrecht heeft, dit ongeacht (1) de aard van de bestedingen, (2) of de echtgenoten uitdrukkelijk zijn overeengekomen dat een vergoedingsrecht ontstaat en (3) wat er nog over is van de ontvangen gelden. Dus schoondochters en schoonzonen, opgepast: reken je niet voortijdig rijk!

(Bron: ak-advocaten)

U bent ondernemer en stuurt een factuur met btw. De btw die u factureert, bent u uiteraard verschuldigd aan de Belastingdienst. Wat nu als u ten onrechte of per vergissing btw vermeldt op de factuur? Bent u dan ook de btw verschuldigd? Het antwoord is: ja. Als u btw vermeldt op de factuur, dan bent u de btw ook verschuldigd. Ook als u het btw-bedrag uiteindelijk niet ontvangt van uw afnemer. Voorkom discussie met de Belastingdienst en corrigeer tijdig ten onrechte gefactureerde btw.

 

Ook als u een factuur ontvangt waarop ten onrechte btw is vermeld, loopt u een risico. U mag het btw-bedrag dat ten onrechte in rekening is gebracht, niet in aftrek brengen. Ook al heeft u de btw betaald aan uw leverancier.

 

De Belastingdienst kan een naheffing en zelfs een boete opleggen als

  • uw afnemer de rekening niet betaalt;
  • uw leverancier de btw niet afdraagt aan de Belastingdienst;
  • er sprake is van transacties met buitenlandse afnemers.

 

Betaal btw op de factuur

Factureert u met btw aan andere ondernemers, dan bent u in de volgende situaties btw verschuldigd:

  • u factureert 21% in plaats van 6%;
  • u factureert btw, terwijl u de u de vrijstelling had moeten toepassen;
  • u factureert met btw, terwijl u de btw had moeten verleggen naar uw afnemer;
  • u factureert Nederlandse btw, terwijl u buitenlandse btw in rekening had moeten brengen;
  • u factureert met btw terwijl er geen sprake is van btw-prestatie.

 

Dus zelfs wanneer een belaste prestatie ontbreekt, bent u als opsteller van de factuur de btw verschuldigd die u ten onrechte of per vergissing in rekening brengt. Uw afnemer kan de btw niet aftrekken.

 

Btw ten onrechte gefactureerd? Herstel snel!

U kunt ten onrechte gefactureerde btw herstellen. Dit kunt u doen door de factuur tijdig te corrigeren, zodat uw afnemer de btw niet op de aangifte kan aftrekken. Hiervoor neemt u zo spoedig mogelijk de foutieve factuur terug en stuurt zo nodig een nieuwe factuur of een creditfactuur.

(Bron: ABAB)

Hoe moet je de bewaarplicht zien in combinatie met e-facturatie? Is het, zoals vroeger, noodzakelijk om alle facturen te bewaren en/of te printen, terwijl ze ook digitaal zijn opgeslagen? Het antwoord is nee. Het is niet meer noodzakelijk om dit te doen, zij het onder bepaalde voorwaarden. De Belastingdienst probeert op het terrein van de wettelijke bewaarplicht met haar tijd mee te gaan. Hieronder leggen we het uit.

We krijgen regelmatig vragen over de wettelijke (fiscale) bewaarplicht. Jij als ondernemer hebt hier natuurlijk ook mee te maken. De wettelijke bewaarplicht houdt in dat alle boeken, bescheiden en gegevensdragers die van belang kunnen zijn voor de belastingheffing, door jou in principe gedurende 7 jaar bewaard moeten blijven. In deze blog zullen we het bewaren van facturen behandelen.

Hoe moet je elektronische facturen bewaren?

Als je nu al elektronisch factureert (bijvoorbeeld via eVerbinding), zijn je facturen via het platform toegankelijk. Maar voldoe je op deze manier aan je wettelijke bewaarplicht? Het antwoord is gedeeltelijk. Voor wat betreft je elektronische facturen wel. Vanuit de wet komt namelijk de eis dat facturen moeten worden bewaard in hun originele vorm en in het geval van elektronische facturen is dat dus ook elektronisch.

Mag je fysieke facturen weggooien?

In het geval van fysieke facturen ligt het iets anders. Waarschijnlijk zijn je fysieke facturen gescand en in het platform opgeslagen. Dit is conversie, je hebt de fysieke facturen geconverteerd. Het op deze manier overbrengen van gegevens is toegestaan, mits het gebeurt onder de volgende voorwaarden:

  • Alle gegevens worden overgezet
  • De inhoud wordt letterlijk overgenomen, juist overgezet
  • Gedurende de hele bewaartermijn is de nieuwe gegevensdrager beschikbaar
  • De gegevens moeten binnen een redelijke tijd gereproduceerd en leesbaar gemaakt kunnen worden

 

Hoe zit het met de authenticiteit en integriteit?

Ook de gegevens over de oorspronkelijkheid en de inhoud van de factuur zijn belangrijk. Het is natuurlijk van belang om te weten én aan te kunnen tonen dat een factuur bijvoorbeeld daadwerkelijk afkomstig is van een leverancier.

Wat moet je verder bewaren?

Alle gegevens met betrekking tot de facturen moeten in principe 7 jaar worden bewaard om te voldoen aan de wettelijke bewaarplicht. Je moet de Belastingdienst namelijk duidelijk kunnen maken wat er precies met de factuur is gebeurd. Dit betekent dat ook bijvoorbeeld de offerte, opdrachtbevestiging en/of het bewijs van betaling moeten worden bewaard.

(Bron: Efacturatie)

U kunt belastingvermindering krijgen op het btw-bedrag dat u moet betalen als u aan de volgende 4 voorwaarden voldoet:

4 voorwaarden

  • U bent een natuurlijke persoon of een combinatie van natuurlijke personen, zoals een eenmanszaak, een maatschap, een  vennootschap onder firma.
  • U moet na aftrek van de voorbelasting minder dan € 1.883 btw betalen in een jaar.
  • Uw onderneming is in Nederland gevestigd.
  • U voldoet aan uw administratieve verplichtingen voor de btw.

De kleineondernemersregeling geldt niet voor rechtspersonen zoals een bv, stichting of vereniging. De regeling geldt daarom ook niet als één van de maten in een maatschap een rechtspersoon is.

Specifieke situaties

In een aantal specifieke situaties is de kleineondernemersregeling niet van toepassing. Dat geldt in de volgende situaties:

  • landbouwers, veehouders, tuin- of bosbouwers die kiezen voor de normale btw-regels
  • verhuurders die kiezen voor belaste verhuur

Hoe bereken ik de belastingvermindering?

U kunt de vermindering zelf berekenen bij Hoe bereken ik mijn belastingvermindering?

Meer dan 1 onderneming? Btw optellen

Bestaat uw eenmanszaak, maatschap of vennootschap onder firma uit meer dan 1 onderneming? Dan moet u bij de berekening van de vermindering voor kleine ondernemers de btw-bedragen voor deze ondernemingen bij elkaar optellen. De kleineondernemersregeling geldt namelijk voor u als ondernemer en niet per onderneming. Hebt u bijvoorbeeld een eenmanszaak en een maatschap? Dan geldt voor beide de kleineondernemersregeling. Dit zijn namelijk 2 ondernemers voor de btw.

Starten, stoppen of overnemen

Als u een bedrijf start, stopt of overneemt, heeft dat geen effect op de kleineondernemersregeling. U mag dus gewoon de kleineondernemersregeling (blijven) toepassen alsof u het bedrijf het hele jaar hebt gehad.

(Bron: Belastingdienst)

Iedere maand brengt ABAB u op de hoogte van fiscale aandachtspunten en tips. In maart vragen de volgende fiscale punten uw aandacht:

  • aangifte omzetbelasting
  • aangifte loonbelasting
  • bezwaar WOZ-beschikking
  • fiscale eenheid verbreken
  • overgang naar besloten vennootschap (bv).

Aangifte omzetbelasting

Doet u per jaar aangifte omzetbelasting? Dan moet u over 2015 uiterlijk 31 maart 2016 aangifte omzetbelasting hebben gedaan. Wanneer u maandelijks aangifte omzetbelasting doet, dan moet voor deze datum de aangifte over februari 2016 zijn ingediend. Daarnaast moet u voor deze datum de verschuldigde belasting voldoen.

Aangifte loonbelasting

Voor 31 maart 2016 moet u aangifte loonbelasting doen over februari 2016. Daarnaast moet u de verschuldigde belasting voor die datum voldoen.

Bezwaar WOZ-beschikking

Bent u het niet eens met uw WOZ-beschikking? Dan moet u uiterlijk binnen zes weken na dagtekening bezwaar maken. De meeste WOZ-beschikkingen zijn gedateerd op 28 februari 2016. Uw bezwaar moet dan uiterlijk de eerste week van april bij de Belastingdienst binnen zijn.

 

Vennootschapsbelasting

Wilt u een fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting aangaan of verbreken? Dat kan met terugwerkende kracht per 1 januari 2016? U moet dan vóór 1 april 2016 een verzoek indienen bij de Belastingdienst.

Overgang naar besloten vennootschap (bv) registeren

Wilt u uw eenmanszaak of vof omzetten naar een bv? Dit kunt u ruisend of geruisloos doen. Bij een ruisende overgang staakt u de activiteiten van eenmanszaak of vof voor de inkomstenbelasting. U bent dan inkomstenbelasting verschuldigd over de stakingswinst.

 

Laat u voor 1 april 2016 een voorovereenkomst bij de Belastingdienst registreren, dan kan 1 januari 2016 met terugwerkende kracht de ingangsdatum zijn voor de inkomsten- en vennootschapsbelasting. Voorwaarde is wel dat de oprichting en inbreng voor 1 oktober 2016 plaatsvinden.

 

U kunt uw onderneming ook geruisloos inbrengen in een bv. De eindbalans van uw eenmanszaak of vof is dan gelijk aan de beginbalans van de bv en u bent geen belasting verschuldigd over uw reserves. Dit kan voor de inkomstenbelastingen en vennootschapsbelasting met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2015 mits u voor 1 oktober 2015 een voorovereenkomst had gesloten en de overgang voor 1 april 2016 plaatsvindt.

(Bron: ABAB)

Hebt u een sterk wisselend inkomen uit werk en woning? Dan betaalt u waarschijnlijk meer belasting dan wanneer u dat inkomen gelijkmatig verdeeld over een jaar krijgt. U kunt dan in aanmerking komen voor de middelingsregeling.

Bereken uw gemiddelde inkomen

Met middeling berekent u uw gemiddelde inkomen over 3 aaneengesloten kalenderjaren. Dit is het middelingstijdvak. Vervolgens berekent u hoeveel belasting u per jaar moet betalen. Zijn de nieuwe belastingbedragen lager dan die van de eerdere aanslagen? Dan hebt u mogelijk recht op een teruggaaf.

Voor wie is middeling bedoeld?

Als u aan de voorwaarden voor middeling voldoet, krijgt u in de volgende situaties waarschijnlijk belasting terug:

  • U hebt na uw afstuderen een vaste baan gekregen en u had naast uw studie een bijbaan.
  • U hebt een ontslagvergoeding (‘gouden handdruk’) gekregen.
  • U bent in de afgelopen jaren gestart of gestopt met werken.
  • U werkt als freelancer of als ondernemer.
  • U hebt onbetaald verlof opgenomen (bijvoorbeeld voor een sabbatical).
  • U bent minder gaan werken.

Uw belastingteruggaaf

Om uw belastingteruggaaf te berekenen, hebt u de gegevens nodig van het middelingstijdvak. U gebruikt daarvoor de gegevens van de laatst opgelegde definitieve aanslagen van die jaren. Ook hebt u de tarieven inkomstenbelasting nodig. Weet u niet welk middelingstijdvak voor u het voordeligste is? Maak de berekening op tijd.

Als later blijkt dat uw inkomen uit box 1 niet juist is vastgesteld, kunt u een navordering of vermindering krijgen.

Soms hebt u met bijzondere situaties te maken die de middelingsregeling bemoeilijken. Bijvoorbeeld als u inkomsten hebt uit het buitenland. Neem dan contact op met de BelastingTelefoon.

Let op!

Middeling heeft geen invloed op de hoogte van uw belastbaar inkomen en uw verzamelinkomen van de jaren waarover middeling is aangevraagd. De hoogte van de aanslagen inkomstenbelasting en die van beschikkingen Toeslagen blijven hetzelfde.

Nabetaling inkomsten over een jaar vóór 2001

Hebt u na 2001 een nabetaling gehad van inkomsten over een jaar vóór 2001? Dan kunt u van een speciale regeling gebruikmaken. Deze regeling kan voordeliger voor u zijn dan middeling. Neem voor deze speciale regeling contact op met uw belastingkantoor.

(Bron: Belastingdienst)

Zorg dat je kunt voldoen aan je betalingen:
De liquiditeit van je bedrijf is voor een groot deel afhankelijk van het betaalgedrag van je klanten. Hoe sneller je geld van klanten binnen is, des te sneller en beter je kunt voldoen aan je financiële verplichtingen. Hiermee verbeter je direct je eigen kredietwaardigheid.

Wat is liquiditeit?

Liquiditeit is een cijfer (ratio) dat aangeeft in hoeverre jouw bedrijf aan haar betalingsverplichtingen kan voldoen, nu of in de toekomst.

3 tips om je liquiditeit te verbeteren

Je liquiditeit kun je verbeteren door er simpelweg voor te zorgen dat je klanten betalen. Op tijd en volgens afspraak. Hierdoor heb jij meer financiële ruimte om te ondernemen – aan je eigen betalingsafspraken te voldoen (liquiditeit dus) en te investeren in nieuwe dingen.

 

1. Duidelijke betalingsafspraken

Maak met je klant heldere afspraken over de betaling, dan zul je eerder je geld ontvangen. Hoe? Zorg dat van tevoren de volgende zaken duidelijk zijn bij je klant:

  • Het geldbedrag (juiste valuta + BTW-percentage)
  • Betalingstermijn (vooraf, binnen x dagen, in termijnen)
  • Betaalwijze (bijv. eenmalige of periodieke incasso, cash betaling, pin,creditcard)
  • Gevolgen bij te laat betalen (aanmaning, verhoogd bedrag, incassotraject)

Hoe kun je deze afspraken goed vastleggen en bij je klant bekend maken? Dit kun je doen op de volgende manieren:

  • In je offerte
  • In een contract
  • In je algemene voorwaarden
  • Op je factuur
  • Correspondentie (e-mail)

2. Goed debiteurenbeheer voeren

Om te zorgen dat je klanten betalen is het slim hier bovenop te zitten. Dit noem je ook wel debiteurenbeheer of creditmanagement. Dit is de methode waarop jouw bedrijf ervoor gaat zorgen dat er betaald wordt, zo snel en soepel mogelijk. Door een goed georganiseerd debiteurenbeheer worden facturen sneller betaald. Belangrijk is dat je debiteurenbeheer in handen is van iemand die goed met klanten overweg kan, harde afspraken kan maken en bevoegd is om betalingsafspraken te maken. Als je intern geen capaciteit hiervoor hebt, kun je bijvoorbeeld een kredietverzekeraar, incassobureau of bank inschakelen om je hierbij te helpen.

3. Klanten afstoten

Om je liquiditeit te verbeteren is het verstandig zaken te doen met betrouwbare klanten die op tijd betalen. Durf afscheid te nemen van slecht betalende klanten en focus je op de klanten die je aandacht verdienen en voor winst zorgen. Natuurlijk wil je liever voorkomen dat je klanten de wacht aan moet zetten. Het is dan ook slimmer om vooraf goed te controleren wat de betaalreputatie en financiële status van je klant is. Dit kun je doen door kredietinformatie op te vragen via een kredietinformatiebureau of kredietverzekeraar. Deze maken door middel van een cijfer (score) van 0 tot 10 heel eenvoudig inzichtelijk in hoeverre een bedrijf de komende 12 maanden aan zijn betalingsverplichtingen kan voldoen. Zo weet jij hoeveel risico je loopt en kun je voorkomen dat je in zee gaat met slecht betalende klanten.

 

Eigen kredietwaardigheid

Door bovenstaande tips toe te passen verbeter je niet alleen je liquiditeit, het zorgt direct voor een betere kredietwaardigheid van je eigen bedrijf. Je bedrijf heeft dan zelf een gezonde basis en zeer waarschijnlijk ook een goede betaalreputatie. Hierdoor zullen klanten en financiële partijen (zoals banken en verzekeraars) eerder zaken met je doen en je bijvoorbeeld een beter rentepercentage aanbieden. Alleen maar voordelen dus.

(Bron: MKBServicedesk)

ZZP’ers vermelden op hun facturen bijna altijd een betalingstermijn. Toch wordt deze uiterlijke betaaldatum regelmatig overschreden door opdrachtgevers of klanten, waardoor ondernemers in financiële problemen komen. Wat zijn de wettelijke voorwaarden met betrekking tot betalingstermijnen en hoe kun je als ZZP’er het beste met wanbetalers omgaan?