DIT IS MIJN WINST SOFTWARE B.V.

All posts in Nieuws voor de Zelfstandige zonder personeel (ZZP), belastingnieuws, boekenonderzoek

De Belastingdienst gaat extra aandacht besteden aan ondernemers die privé-uitgaven op de zaak boeken. Na een pilot bij 360 ondernemers corrigeerde de fiscus 1,3 miljoen euro aan kosten. Dit is mede aanleiding om de aangiften van een grotere groep onder de loep te nemen.

Ondernemers mogen alleen zakelijke kosten in mindering brengen op hun winst. Privékosten op de zaak boeken, drukt de winst en werkt concurrentievervalsend. De fiscus kwam tijdens een onderzoek een ondernemer tegen die een keuken van € 35.000 op de zaak boekte. Ook was er iemand die de kosten van een saunabezoek met de hele familie als zakelijke kosten op de winst afboekte. Ondernemers die kosten ten onrechte zakelijk hebben geboekt kunnen een navordering van de fiscus krijgen met een  boete die kan oplopen tot 100%.

Dit project maakt deel uit van de inspanningen om toezicht en invordering door de Belastingdienst te versterken.

(Bron: Overheid)

X was directeur en enig aandeelhouder van autohandel BV A. Op naam van X stond een Mercedes personenauto, die door BV A was aangeschaft. Alle kosten van de auto kwamen voor rekening van de BV en ook de verkoopopbrengst van de auto in april 2003 kwam ten goede aan BV A. Daarna kocht BV A een andere Mercedes, die ook op naam van X werd gezet. X ontving na een boekenonderzoek bij BV A navorderingsaanslagen IB 2002 en 2003 met een boete van 15%, omdat hij geen bijtelling voor het privégebruik in aanmerking had genomen. Hof Leeuwarden besliste dat de navorderingsaanslagen terecht waren opgelegd en verwierp het beroep van X op het vertrouwensbeginsel. Een controleur van de Belastingdienst had volgens X na afloop van het boekenonderzoek opgemerkt dat “er niks in zit”. Nog daargelaten dat X de opmerking aannemelijk moest maken, wat niet was gebeurd, was een zo globale opmerking volgens het Hof onvoldoende concreet om een expliciete toezegging in te houden waaraan X het vertrouwen mocht ontlenen dat er geen navorderingsaanslagen zouden volgen. X had niet bewezen dat hij met de auto’s minder dan 500 kilometer privé had gereden. Het Hof vond een boete van € 589 voor 2002 en € 544 voor 2003 passend en geboden.

(Bron: FUTD)

Ontvangt u een naheffingsaanslag en vergrijpboete, dan hoeft u die niet altijd te betalen. Zeker niet als u een adviseur of accountant in de arm heeft genomen. U mag er immers vanuit gaan dat hij uw zaken goed regelt. In dat geval kunt u aantonen dat er geen sprake is van grove schuld aan uw kant.

Bent u zelf minder goed met cijfers, dan is het raadzaam om een externe deskundige in te schakelen voor bijvoorbeeld uw loonadministratie. Hij zorgt er dan voor dat u uw op tijd genoeg belasting betaalt. Als u uw belasting namelijk te laat betaalt of u betaalt te weinig, dan kan de Belastingdienst bij grove
schuld of opzet een vergrijpboete opleggen. Grove schuld houdt in dat u nalatig, onzorgvuldig of onachtzaam bent geweest bij uw aangifte. Er is sprake van opzet als u willens en wetens met uw aangifte heeft geknoeid. Heeft u een adviseur ingeschakeld, dan kunt u alsnog een vergrijpboete krijgen. Maar u hoeft deze niet altijd te betalen. Uit een recente rechtszaak bleek dat als u kunt aantonen
dat er geen twijfel bestond over de juistheid van de adviezen van uw adviseur, u de boete niet altijd verschuldigd bent.

Bv had geen reden tot twijfel

In de zaak stond een bv centraal die een adviseur de fiscale zaken liet regelen. Na een boekenonderzoek bleek echter dat de administratie niet op orde was. De fiscus legde daarom een naheffingsaanslag loonbelasting/premie volksverzekeringen op met een vergrijpboete. Dit vond de bv onterecht, omdat er
geen sprake was van grove schuld; de adviseur regelde alles. Uiteindelijk boog de Hoge Raad zich over de zaak, die het eens was met de bv. De bv had namelijk geen aanwijzingen dat ze moest twijfelen aan de deskundigheid van de adviseur. Er was dus geen sprake van grove opzet, waarop de boete werd vernietigd.

(Bron: BV Rendement 2-11-2011)

In geschil is of de Inspecteur zich terecht beroept op de omkering en verzwaring van de bewijslast en of hij de verliesverrekeningsbeschikking en de verliesvaststellingsbeschikking tot op de juiste bedragen heeft vastgesteld.

Belangrijkste gedeelte uit de uitspraak: De Inspecteur heeft door de niet toereikend onderbouwde belastbare winst in de aangifte en het ontbreken van inzicht in de administratie de belastbare winst moeten schatten. Bij zijn schatting heeft hij de belastbare winst vastgesteld opƒ 75.000 (€ 34.033), welk bedrag hij heeft gebaseerd op de belastbare winsten in de jaren direct voorafgaand aan en direct volgend op het onderhavige jaar. Desgevraagd kon de Inspecteur ter zitting van het Hof niet aangeven wat de belastbare winsten in die jaren waren geweest, anders dan dat de belastbare winsten in de jaren 1996 (nihil), 1997 (nihil) en 2004 negatief€ 20.875 waren. In de zaak met het nummer 10/00182 inzake de aanslag in de vennootschapsbelasting 1997 heeft het Hof heden uitspraak gedaan. De belastbare winst heeft het Hof voor 1997 vastgesteld op negatief ƒ 267.183 (€ 121.242). Naar het oordeel van het Hof is het uitgangspunt van de Inspecteur om bij zijn schatting te kijken naar de jaren direct voorafgaand aan en direct volgend op het onderhavige jaar redelijk, maar bieden voornoemde belastbare winsten geen steun aan zijn schatting. Nu de Inspecteur voor zijn schatting geen andere feiten en omstandigheden heeft aangevoerd en deze het Hof ook anderszins niet zijn gebleken, is zijn schatting naar het oordeel van het Hof niet redelijk. Gelet op alle feiten en omstandigheden, zonodig in hun onderlinge samenhang bezien, stelt het Hof de belastbare winst voor het onderhavige jaar in goede justitie vast op nihil.

(Bron: Gerechtshof Leeuwarden 25-10-2011)