DIT IS MIJN WINST SOFTWARE B.V.

Nieuws

De kleineondernemersregeling in de btw wordt in 2020 herzien. De huidige regeling gaat uit van een per saldo af te dragen bedrag aan btw, de nieuwe regeling hanteert een omzetgrens.

Let op! De plannen moeten nog door het parlement worden goedgekeurd.

Kleine ondernemersregeling

De huidige kleineondernemersregeling (KOR) in de btw betekent dat ondernemers die per saldo € 1.883 of minder btw per jaar hoeven af te dragen, een korting krijgen op het af te dragen bedrag. Wie in een jaar niet meer dan € 1.345 aan btw hoeft af te dragen, hoeft zelfs niets te betalen.

Ontheffing administratieve verplichtingen

De ondernemers die per saldo geen belasting hoeven te betalen, kunnen op verzoek ook ontheven worden van de administratieve verplichtingen voor de btw. Ze mogen in dat geval ook geen btw op de facturen vermelden en kunnen door hen betaalde btw niet in aftrek brengen.

Omzetgrens

De nieuwe regeling gaat uit van een omzetgrens van € 20.000. Ondernemers die minder omzet hebben dan € 20.000, kunnen ervoor kiezen geen btw in rekening te brengen. De regeling is dus niet verplicht.

Ook voor bv’s

De nieuwe KOR gaat ook gelden voor rechtspersonen, zoals bv’s. Die kunnen momenteel niet van de regeling gebruik maken.

Overschrijding grens in het jaar

Ondernemers die in de loop van het jaar de omzetgrens van € 20.000 overschrijden, zijn vanaf dat moment gewoon btw-plichtig, inclusief alle bijbehorende fiscale en administratieve verplichtingen.

Keuze melden

Ondernemers die in 2020 de nieuwe KOR willen toepassen, dienen dit te melden bij de belastinginspecteur. Dit kan vanaf 1 juni 2019. De melding moet uiterlijk 20 november 2019 binnen zijn, anders gaat de nieuwe KOR pas in op 1 april 2020.

Let op! Een eenmaal gemaakte keuze voor de KOR kan slechts éénmaal per drie jaren worden herzien.

(Bron: HLB)

Sinds 2014 wordt het fiscale voordeel van de hypotheekrenteaftrek geleidelijk verlaagd met 0,5% per jaar, voor zover de rente wordt afgetrokken tegen het hoogste inkomstenbelasting tarief in box 1. Per 1 januari 2019 is de hypotheekrente aftrekbaar tegen 49% (2018: 49,5%).

 

In de originele plannen van het kabinet zou de afbouw doorlopen tot de hypotheekrente in 2041 tegen slechts 38% zou kunnen worden afgetrokken. Maar die afbouw wordt vanaf 2020 versneld met 3% per jaar in plaats van 0,5% per jaar. In 2020 kan daarom de hypotheekrente nog tegen 46% worden afgetrokken. In 2021 is het maximale aftrektarief 43% en in 2022 40%. In 2023 zal nog een keer een verlaging van 2,95% worden doorgevoerd, waardoor de hypotheekrente definitief aftrekbaar is tegen maximaal 37,05%. Dit percentage komt overeen met de plannen van de regering om een tweeschijvenstelsel in te voeren, waarbij de eerste schijf een tarief van 37,05% kent.

 

Tip: heeft u de lening voor uw eigen woning afgesloten bij uw eigen vennootschap, dan kan het voordelig zijn om de schuld met betrekking tot de eigen woning over te brengen naar box 3. Echter, deze schuld overbrengen is niet zomaar mogelijk. De juiste timing en advisering op dit gebied is van essentieel belang.

(Bron: WVDB)

De minister van OCW heeft de brief “Erfgoed Telt; de betekenis van erfgoed voor de samenleving” naar de Tweede Kamer gestuurd. In deze brief wordt ook ingegaan op een omvorming van de fiscale aftrek voor onderhoud aan monumenten in een subsidieregeling. Bij de Tweede Kamer is een (aangehouden) wetsvoorstel aanhangig om de fiscale aftrek voor onderhoud van particuliere rijksmonumentenpanden af te schaffen en om te zetten in een subsidieregeling. Een integraal stelsel van instandhouding en onderhoud van monumenten in Nederland is volgens de minister meer gebaat bij een subsidieregeling voor particulier onderhoud van monumentenpanden dan de huidige fiscale aftrek. De fiscale aftrek wordt daarom per 2019 omgezet in een subsidie. Alle plannen voor onderhoud aan monumenten worden dan beoordeeld op basis van de Leidraad subsidiabele instandhoudingskosten. Voor eigenaren/bewoners die nu gebruik kunnen maken van de fiscale aftrek komt er één nieuwe, voor iedereen gelijke regeling voor onderhoud. Hier kunnen eigenaren een beroep op doen voor de instandhouding van hun rijksmonumentale woning. Eigenaren kunnen maximaal 35% subsidie krijgen voor gemaakte instandhoudingskosten.

(Bron: WVDB)

Het lage btw-tarief wordt per 2019 verhoogd van 6% naar 9%. De verhoging geldt voor alle goederen en diensten waarop nu (nog) het 6%-tarief van toepassing is.

Verhoging btw

Door de btw-verhoging gaat u dus meer betalen voor onder meer:

  • Goederen: voedingsmiddelen, dranken (exclusief alcoholische dranken), water, geneesmiddelen, boeken, tijdschriften, bloemen planten.
  • Diensten: sportactiviteiten, fietsenmaker, kapper, schilderen en stukadoren, personenvervoer, hotelovernachtingen, toegang tot dierentuinen, musea, pretparken, bioscopen en schoonmaakdiensten.

Aanpassen administratie voor verhoging btw

Voor ondernemers is het van belang om administratieve systemen (boekhoudprogramma’s, factureringsprogramma’s) tijdig aan te passen zodat zij het nieuwe btw-tarief van 9% correct kunnen toepassen en afdragen. Een aantal prestaties verdient hierbij bijzondere aandacht:

  • De staatssecretaris wil ondernemers niet met extra administratieve lasten belasten bij de verhoging van het btw-tarief. De Belastingdienst zal daarom niet naheffen op in 2018 betaalde prestaties, die pas in 2019 worden verricht. Voorbeelden hiervan zijn concerten en sportevenementen, die dit jaar al zijn betaald, maar pas in 2019 plaatsvinden. Dit geldt voor alle goederen en diensten waarop het verlaagde tarief van toepassing is.
  • Bij een doorlopende prestatie, zoals bijvoorbeeld abonnementen op tijdschriften die voor langere periodes vooruit worden gefactureerd, moet over de periode na 1 januari 2019 3% extra btw worden bijbetaald. Deze verhoging mag worden doorberekend zonder aanpassing van de bestaande overeenkomst.
  • Bij het opstellen van offertes voor de uitvoering van prestaties over 2019 kan nu al rekening gehouden worden met het btw-tarief van 9%.
  • Ondernemers die geen recht op btw-aftrek hebben (van btw vrijgestelde handelingen) kunnen geplande investeringen nog in 2018 doen.
  • Uit de uitgereikte facturen moet duidelijk blijken wanneer de prestatie is verricht.

(Bron: ABAB)

Het belastingplan 2019 vermeldt een stijging van het maximumbedrag van de arbeidskorting. Deze korting blijft over een groter deel van het inkomen van de werknemers oplopen en wordt daarna sneller afgebouwd. Ook andere heffingskortingen stijgen

Met de stijging van de arbeidskorting gaan werknemers met een loon tussen het wettelijk minimumloon en een modaal inkomen er niet op achteruit. De maximale arbeidskorting wordt de komende jaren stapsgewijs verhoogd tot hij in 2021 op € 3.945 uitkomt. Daarna wordt de arbeidskorting met 6% afgebouwd om uiteindelijk bij een inkomen van iets meer dan € 100.000 op nul uit te komen. Dit geldt alleen voor werknemers jonger dan de pensioengerechtigde leeftijd. Ook andere heffingskortingen stijgen, waarvan hieronder een overzicht.

Tabel met heffingskortingen

(Bron: ABAB)

Als u geld en andere bezittingen nalaat, moet u daar als erfgenaam belasting over betalen. Door op een slimme manier te schenken, kunt u veel geld aan erfbelasting besparen. Schenken bij leven is een mogelijkheid. Zorg er dan voor dat u jaarlijks de schenkingsvrijstelling benut. Dit bespaart uw erfgenamen veel geld.

Jaarlijks belastingvrij schenken

Afhankelijk van de relatie tussen u en de ontvanger, mag u jaarlijks een bedrag belastingvrij schenken. In 2018 mogen ouders hun (pleeg)kinderen 5.363 euro belastingvrij schenken. Voor overige schenkers geldt een schenkingsvrijstelling van 2.147 euro per ontvanger. Let hierbij op het volgende: schenkingen van ouders ziet de fiscus als één schenking, ook als ze gescheiden zijn.

Ouders morgen kinderen één keer in hun leven 25.731 euro belastingvrij schenken. Dit eenmalige bedrag mag worden verhoogd tot 53.602 euro als uw kind het geld gebruikt voor een studie. Wil uw kind een huis kopen of verbouwen? Dan mag u als ouders 100.800 euro schenken, zonder dat de ontvanger belasting hoeft te betalen. Iedereen mag deze schenking doen, ook grootouders bijvoorbeeld. U kunt gebruikmaken van de vrijstelling als u aan de voorwaarden voldoet. U mag als ouders per kind maar één keer een verhoogde vrijstelling gebruiken.

Schenking terugdraaien

Het kan gebeuren dat u de schenking wilt terugdraaien, omdat bijvoorbeeld de bijstandsuitkering van de ontvanger in gevaar komt doordat zijn vermogen te veel is gestegen of omdat de ontvanger het geld uitgeeft aan niet-afgesproken zaken. Door ‘herroepelijk’ te schenken, kunt u een schenking altijd terugdraaien. U moet dit vooraf vastleggen. Laat de schenkingsakte met herroepingsclausule vastleggen om problemen te voorkomen. Een schenking voor een koopwoning is onvoorwaardelijk, deze mag dus niet worden herroepen, met één uitzondering: de schenker kan de regeling ontbinden als de ontvanger het bedrag niet aan de eigen woning besteedt. Leg deze voorwaarde wel vast in de akte.

Schoonzoon of –dochter uitsluiten

Door vooraf een uitsluitingsclausule op te nemen in de schenkingsakte, wordt het geschonken bedrag privévermogen van uw eigen kind, ook als het in gemeenschap van goederen is getrouwd. Het is belangrijk dat de ontvanger dit op een aparte bankrekening zet. Doet hij of zij dit niet, dan is het lastig om bij een eventuele scheiding aan te tonen aan wie het toebehoort. Sinds 1 januari 2018 trouwen stellen standaard in beperkte gemeenschap van goederen. Dit houdt in dat schenkingen en erfenissen verkregen voor of tijdens het huwelijk privévermogen blijven, tenzij u voorwaarden op laat stellen dat het gehele vermogen gemeenschappelijk wordt. Neemt u bij de schenking een uitsluitingsclausule op, dan blijft de schenking altijd privé, wat het kind zelf ook vastlegd.

Schenken voor overlijden

De Belastingdienst beschouwt schenkingen die binnen honderdtachtig dagen voor het overlijden van de schenker worden gedaan als onderdeel van de erfenis. Dit om te voorkomen dat mensen vlak voor hun dood nog snel grote bedragen weggeven en zo de erfbelasting ontwijken. Er zijn enkele uitzonderingen op de honderdtachtigdagen-regeling. Die geldt bijvoorbeeld niet als de schenker gebruikmaakt van een eenmalig verhoogde vrijstelling zoals die voor een koopwoning of studie.

(Bron: ABAB)

Vanaf 1 januari 2019 worden de bijtellingsregels voor nieuwe volledig elektrische auto’s aangescherpt. Voor auto’s die duurder zijn dan € 50.000 geldt straks een gecombineerd bijtellingspercentage.

De bijtelling van 4% voor privégebruik geldt vanaf 1 januari 2019 alleen nog tot een cataloguswaarde van € 50.000. Over het meerdere wordt de normale bijtelling van 22% berekend. Als de cataloguswaarde van de elektrische auto meer dan € 50.000 is, krijgen werknemers en werkgevers dus te maken met een gecombineerd bijtellingspercentage. Deze verhoging van de bijtelling raakt vooral Tesla’s en wordt daarom ook wel de Tesla-taks genoemd.

Kentekens na 1 januari 2019

De verhoging van de bijtelling geldt voor auto’s die op of na 1 januari 2019 voor het eerst op kenteken worden gezet. Dit maakt het een stuk minder aantrekkelijk om een bijvoorbeeld een Tesla, BMW i8 of een Jaguar I-Pace te gaan rijden.

Voor elektrische auto’s met een catalogusprijs van bijvoorbeeld € 100.000 gaat de netto bijtelling van ongeveer € 150 per maand naar € 500 per maand. Bij een duurdere auto is het verschil nog groter.

Voor gunstige bijtelling snel bestellen

Alle elektrische auto’s die voor 1 januari 2019 op kenteken zijn gezet, kunnen nog tot vijf jaar na de dag van de eerste tenaamstelling profiteren van de 4% bijtelling over de gehele cataloguswaarde. Afhankelijk van de levertijd moet u uw nieuwe auto dus snel bestellen om komende 5 jaar nog te kunnen profiteren van de gunstige bijtelling.

 

Optie om belasting te besparen

Een optie om belasting te besparen als u vanuit een bv onderneemt, is het vormen van een eenmanszaak of vof met uw bv. Dit vereist nauwkeurige planning maar levert wel belastingvoordeel op. Vraag ons om advies.

 

Als ondernemer bent u verplicht een administratie te voeren en zodanig in te richten dat de fiscus uw fiscale verplichtingen hieruit eenvoudig kan afleiden. Onlangs heeft de Belastingdienst meer duidelijkheid gegeven over deze bewaarplicht in relatie tot de toenemende digitalisering van het bedrijfsleven.

Update software en bestanden

De bewaarplicht vereist dat software en bestanden ook in de toekomst toegankelijk blijven. Dit betekent dat updates vereist kunnen zijn, maar ook dat nieuwe systemen en software met ‘oude’ bestanden overweg moeten kunnen.

Comprimeren van gegevens

Gegevens mogen, vanwege bijvoorbeeld de grootte, gecomprimeerd worden, op voorwaarde dat de detailgegevens – ook in het kader van de AVG – toegankelijk blijven bij een eventuele controle.

Conversie

Ook het omzetten van gegevens in een andere vorm, conversie, is onder voorwaarden toegestaan. Dat geldt alleen niet voor de papieren balans en resultatenrekening. Er geldt een aantal voorwaarden, waarvan de belangrijkste is dat geconverteerde gegevens binnen een redelijke termijn weer reproduceerbaar moeten zijn.

Digitale gegevensdragers

Digitale gegevensdragers zijn er in verschillende vormen, zoals online en op DVD. Sommige vormen stellen extra eisen aan de waarborging van de authenticiteit. Een factuur die bijvoorbeeld via de mail ontvangen wordt, is niet authentiek indien deze wordt geprint. Aanvullende organisatorische actie is dan vereist, zoals bijvoorbeeld een back-up van de mail.

Verstrekken van informatie

Ook bij de informatievoorziening richting fiscus komt digitalisering om de hoek kijken. De voorkeur heeft het aanleveren via de beveiligde filetransfer van de Belastingdienst.

Let op! Er zijn individuele afspraken te maken over de manier waarop bestanden kunnen worden aangeleverd, met name als de grootte van bestanden het aanleveren op gebruikelijke opslagmedia niet mogelijk maakt.

Bewaartermijn

De fiscus hanteert een standaard bewaartermijn van zeven jaar, maar in bepaalde gevallen, zoals bij onroerend goed, is een langere bewaartermijn van toepassing. Er zijn ook nu afspraken te maken over de bewaarplicht, teneinde de uitvoering ervan te vereenvoudigen.

Heeft u vragen over uw digitale bewaarplicht, neem dan contact met ons op.

(Bron: HLB)

Een financiële meevaller, een goede jaaromzet, gespaard vermogen of uw kind dat op het punt staat het ouderlijk huis te verlaten. Voor iedereen heeft het doen van een schenking een andere reden. Maar ik kan toch niet zomaar een groot bedrag aan mijn kinderen schenken? Jawel. Door rekening te houden met de verschillende schenkingsvrijstellingen is het mogelijk om in 2018 nog een belastingvrije schenking te doen en zo uw box 3 vermogen te verlagen én de latere erfenis te laten dalen. Ik neem u graag mee met een aantal mogelijkheden en bijbehorende voorwaarden in 2018:

1. Jaarlijkse kind-oudervrijstelling

De jaarlijkse kind-oudervrijstelling betreft in 2018 een bedrag van maximaal € 5.363,- waarbij er geen aangifte schenkbelasting gedaan hoeft te worden. Het voordeel voor ouders om jaarlijks binnen de vrijstelling te schenken, is dat het vermogen binnen box 3 door de schenking daalt. Voor kinderen geldt dat zij als erfgenamen later minder erfbelasting betalen.

In plaats van bovenstaande vrijstelling kan er voor kinderen tussen 18 en 40 jaar ook een belastingvrije schenking gedaan worden voor een studie, koophuis of zonder bestedingsvereiste. Let hierbij wel op! Gedurende het leven mag u slechts gebruik maken van één van deze drie schenkingen en hierbij moet er altijd aangifte schenkbelasting gedaan worden.

2. Eenmalige schenking zonder bestedingsvereiste

Staat uw kind voor een grote uitgave of wilt u al een deel van uw vermogen belastingvrij overdragen? Dan kunt u daarin eenmalig belastingvrij bijdragen tot € 25.732,-. Aan deze schenking zijn geen bestedingsvereisten verbonden.

3. Eenmalige schenking voor studiedoeleinden

Gaat uw kind een dure studie volgen? Dan kunt u een financiële bijdrage leveren in de vorm van een schenking. Hiervoor geldt een vrijstellingsbedrag van € 53.602,-. Voor deze schenking zonder schenkbelasting, gelden de volgende voorwaarden:

  • De studie kost minstens € 20.000,- per jaar.
  • De schenking moet worden vastgelegd in een notariële akte.
  • Er is een schriftelijk bewijs van de schenking en de besteding.

4. Schenken als bijdrage voor een koopwoning

Staat uw kind op het punt om uit huis te gaan? Of staat er een grote verbouwing op stapel? Ook dan kunt u een eenmalige, belastingvrije schenking doen. Het maximale vrijstellingsbedrag is € 100.800,-
met de volgende voorwaarden:

  • Besteding aan de aankoop of verbouwing van de eigen woning, of;
  • Het aflossen van een eigenwoningschuld.
  • De schenking is uiterlijk in 2020 volledig besteed.
  • Er is een schriftelijk bewijs van de schenking en de besteding.
  • Schenking mag niet herroepbaar zijn.

Voor vermogenden kan het daarnaast interessant zijn om jaarlijks meer te schenken dan de vrijstelling toelaat. De tarieven voor het ontvangen van een schenking of erfenis door kinderen zijn gelijk. Voor bedragen tot € 123.248,- geldt 10%, voor hogere bedragen geldt 20%. Door jaarlijks binnen de
10%-schijf te schenken, kan mogelijk bij vererving de 20%-schijf worden voorkomen dan wel verminderd.

(Bron: AcconAVM)

De Belastingdienst heeft geen wettelijke basis om het burgerservicenummer te gebruiken in het btw-identificatienummer van zelfstandigen met een eenmanszaak. De Belastingdienst moet de geconstateerde overtredingen zo snel mogelijk beëindigen. Gebeurt dat niet, dan kan de Autoriteit Persoonsgegevens handhavende maatregelen treffen.

Het btw-nummer moet verplicht op de website van ondernemers en op facturen worden vermeld, waardoor iedereen het burgerservicenummer kan zien van een zelfstandige.

Dat kan mogelijk zorgen voor problemen, want met een bsn, naam, woonadres en telefoonnummer kunnen criminelen makkelijk identiteitsfraude plegen.

Meer informatie: Autoriteit Persoonsgegevens 6 juli 2018